spacer.png, 0 kB
Volg Cursor via Twitter Volg Cursor via Facebook Cursor RSS feed
spacer.png, 0 kB

spacer.png, 0 kB
Cursor in PDF formaatCursor als PDF
PrintE-mail Tweet dit artikel Deel dit artikel op Facebook
Richard Gill, hoogleraar Mathematische Statistiek (Leiden) en projectcoördinator bij Eurandom
‘Expert getuige’ strafzaak Lucia de B. maakte statistische blunder
De Haagse verpleegkundige Lucia de B. werd drie jaar geleden veroordeeld voor levenslang wegens moord op zeven patiënten. De Commissie Evaluatie Afgesloten Strafzaken adviseerde vorige week de zaak te heropenen. Wat zijn de statistische argumenten om de strafzaak nogmaals onder de loep te nemen?

“Het is een aanfluiting dat iemand voor levenslang het gevang in wordt gestuurd op grond van een statistische bewijsvoering met het niveau van een slechte afstudeerscriptie”, zegt prof.dr. Richard Gill onomwonden. De hoogleraar Mathematische Statistiek van de Rijksuniversiteit Leiden, tevens projectcoördinator bij Eurandom op het TU/e-terrein, klopte drie maanden geleden zelf aan bij de commissie die zich boog over de strafzaak van De B. De conclusies van de commissie zijn mede op zijn argumenten gebaseerd.
“Als je een correlatie zoekt tussen de aanwezigheid van een bepaalde verpleegster tijdens een dienst en het plaatsvinden van een incident tijdens die dienst, moet je eerst beslissen hoe je die zaken precies definieert. Wat is een incident? Wanneer hoort een gebeurtenis bij welke dienst? Dat is nooit gedefinieerd en er is zelfs mee gesjoemeld: bij diensten waar Lucia de B. niet aanwezig was, zijn precies dezelfde incidenten geweest. Alleen werden die niet als incident genoteerd. De definitie van incident werd ook steeds verder uitgebreid: eerst ging het over sterfte, toen werden ook reanimaties erbij gehaald, later nog meer zaken. Als er iets was gebeurd wat op de een of andere manier te associëren viel met De B., dan was het een incident. Anders niet. Dat is geen informatie op basis waarvan je een statistische berekening kunt doen die een rechtbank kan gebruiken om iemand voor moord op te sluiten.”
Volgens Gill is er een kans van een op negen dat een willekeurige verpleegster in vergelijkbare situaties een zelfde percentage ‘incidenten’ heeft tijdens haar diensten. De Leidse professor Henk Elffers, de ‘expert getuige’ tijdens het proces, achtte die kans ruim 33 miljoen keer kleiner. “Ten eerste maakte hij een blunder door allerlei dingen onterecht met elkaar te vermenigvuldigen. Dat scheelt meteen al een factor duizend. Ten tweede zijn de incidenten niet consequent geclassificeerd, zoals ik al zei. Als je dat wel doet, gebruikmakend van de ziekenhuisdossiers, scheelt dat opnieuw een factor duizend. Ten derde deed de heer Elffers alsof elke dag van het jaar uitwisselbaar is, net als elke verpleegster. Dat is niet zo. Er zijn allerlei schommelingen in de patiënteninstroom, bijvoorbeeld door veranderd beleid, waardoor in de ene periode meer sterfgevallen plaatsvinden dan in de andere. Ook verplegers zijn niet uitwisselbaar. Er zijn verschillen tussen oproepkrachten en vaste krachten, stagiaires en gediplomeerde verpleegkundigen, verplegers die snel een arts roepen of juist niet. Goed statistisch bewijs krijg je natuurlijk wanneer het experiment ‘dubbelblind’ is uitgevoerd. (Hierbij weten noch de proefpersonen noch de onderzoekers wie tot de controlegroep behoren, red.) Aangezien dat hier niet het geval is, zul je rekening moeten houden met dergelijke bijzonderheden. Dat heb ik gedaan, en dan kom ik uit op deze kans.”
Hoe konden experts er zover naast zitten?
“Tijdens de rechtzaak is geen enkele expert op het gebied van de statistiek geraadpleegd. ‘Expert getuige’ professor Elffers heeft ooit statistiek gestudeerd, maar heeft zijn promotie dertig jaar geleden onderbroken. Hij is rechten gaan doen. Ook de andere ‘expert’, professor De Mulder, is een jurist. Ik was de eerste statisticus die aan het woord kwam.”/.


Hoogleraar Mathematische Statistiek prof.dr. Richard Gill.