spacer.png, 0 kB
Volg Cursor via Twitter Volg Cursor via Facebook Cursor RSS feed
spacer.png, 0 kB

spacer.png, 0 kB


Ik heb onderzoek gedaan naar een van de sterkste vezels die er is.
Cursor in PDF formaatCursor als PDF
PrintE-mail Tweet dit artikel Deel dit artikel op Facebook
Samenwerken in een complex vak
14 februari 2008 - De kritische dimensies van Intergrated Circuits (IC) worden steeds kleiner en de communicatietechnologie steeds complexer. Zo complex, dat hightech bedrijven en wetenschap niet meer zonder elkaar kunnen. Neem nu NXP Semiconductors en de TU/e. ‘Zonder de samenwerking met NXP was het ons niet gelukt dit prototype IC voor een energie-efficiënte mobiele telefoon te maken.’

NXP Semiconductors is meer dan vijftig jaar geleden opgericht door Philips en sinds 2006 een zelfstandig bedrijf op onder andere de Hightech Campus Eindhoven. Het bedrijf investeert ongeveer twintig procent van de omzet in Research & Development (R&D). In Nederland alleen al gaat het om vierhonderd miljoen euro. Hiermee is NXP in de top van Nederlandse R&D investeerders. Desondanks is samenwerking met universiteiten belangrijk voor het bedrijf.

“Het biedt ons de mogelijkheid voldoende goede mensen binnen te halen”, zegt ir. Gerard Beenker, verantwoordelijk voor research binnen NXP. ‘We sponsoren daarom promovendi en masterstudenten. Ook in Delft en Twente overigens, én aan andere technische universiteiten op de wereld, zoals in de Verenigde Staten, India en China.”

In Eindhoven werkt NXP momenteel met tien PhD-studenten van de TU/e, verdeeld over Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica. Ook enkele studenten van het Stan Ackermans Institute worden gesponsord. Verder sponsort NXP tien internationale masterstudenten uit Zhejiang University in de context van het Brainbridge programma tussen TU/e en Zhejiang. “Verder hebben we vijf deeltijdhoogleraren aan de TU/e werken”, geeft Beenker aan. “We organiseren geregeld cursussen over en weer, al of niet gecombineerd met een excursie bij NXP.”

Voor de universiteit is de samenwerking eveneens belangrijk. “Het geeft onze mensen toegang tot een realistische productietechnologie”, zegt prof.dr.ir. Peter Baltus, hoogleraar Communicatie Elektronica bij de faculteit Elektrotechniek. “We zien het als heel positief en willen het graag intensiveren.”

Een bedrijf als NXP is daarbij heel divers, geeft Baltus aan. “Het is een groot complex bedrijf, met veel afdelingen waar we mee kunnen samenwerken. Dat biedt veel mogelijkheden, van procestechnologie tot software tot wiskunde. En er is een enorm spectrum aan toepassingen die interessant zijn.”

De samenwerking verloopt daarbij niet per se via één contactpersoon. “Dat maakt het soms onoverzichtelijk”, zegt Baltus. Hoewel hij zelf vaak degene is die op zoek gaat naar de contacten binnen NXP. Niet verwonderlijk, want hij heeft 22 jaar voor het bedrijf gewerkt. De laatste twee jaar daarvan was hij deeltijdhoogleraar aan de TU/e, voor hij helemaal overstapte naar de wetenschap. “Ik ken het bedrijf goed, dat maakt het een stuk makkelijker. We bellen elkaar met het grootste gemak op.”

Trends
Baltus is ook directeur van het Centre for Wireless Technology dat vorig jaar is opgericht aan de TU/e. Het centrum bundelt allerlei onderzoek op het gebied van draadloze communicatie en start nieuwe projecten op samen met hightech bedrijven in de regio. Een project waar Baltus zelf bij betrokken is, gaat over het energieverbruik van de ‘power amplifier’, de versterker voor het zendsignaal in mobiele telefoons. “We doen daar al zeven jaar onderzoek naar”, vertelt Baltus. “Er zijn twee tegenstrijdige trends in de industrie die het onderzoek lastig maken. Aan de ene kant worden alle apparaten steeds kleiner, ook de batterij. Het stroomverbruik van de elektronica moet dus sterk verminderen. En de power amplifier is één van de grootste energieverbruikers in een telefoon.”

Aan de andere kant wil de industrie graag het radiospectrum zo efficiënt mogelijk gebruiken omdat het steeds voller raakt. “Maar de vraag naar steeds lager energieverbruik en steeds hogere spectrum-efficiëntie is in een traditionele versterker niet te combineren”, legt Baltus uit. “Het onderzoek dat we sinds december 2000 aan de universiteit doen, is gericht op nieuwe versterkers waarbij de twee doelen elkaar niet uitsluiten.”

Oorspronkelijk werkte de TU/e in dit project samen met - toen nog - Philips Semiconductors in Nijmegen. Vanwege allerlei verschuivingen binnen NXP is de samenwerking overgegaan naar NXP Research in Eindhoven. “Dan zie je dat NXP een dynamisch bedrijf is”, zegt Baltus.

In samenwerking met NXP ontwikkelt de TU/e nu IC’s met twee promovendi. “Het eerste prototype van een versterker met hoge energie- efficiëntie is intussen gereed. Dankzij de samenwerking met NXP”, benadrukt Baltus.

Niet dat het eindresultaat daarmee is bereikt. ‘We willen nu alternatieven uitdenken en daar realistische prototypes van maken om te kijken welke de beste is. Dat zal zeker nog drie jaar duren. En het kan nog steeds op niets uitlopen. Soms blijkt in de allerlaatste fase dat er nog een klein probleempje is dat niet opgelost kan worden.”

De complexiteit van het vak, dat is waar het steeds om draait. IC’s worden steeds complexer, de eisen die eraan gesteld worden steeds hoger. Zowel het bedrijfsleven als de universiteit loopt daar tegenaan. “We moeten wel samenwerken met bedrijven”, benadrukt Baltus. “Zowel om de industriële randvoorwaardes van problemen te begrijpen, als om toegang te krijgen tot realistische productietechnologie. Bovendien gaat een deel van de kennis die we genereren en de mensen die we opleiden naar bedrijven toe.”

Voor de studenten en promovendi die bij NXP of elders aan een project werken, is het in ieder geval geen straf. Hun ervaringen zijn meestal positief. “We vragen wel eens aan buitenlandse studenten: ‘Waarom Eindhoven?’ Dan zeggen ze: ‘Omdat we gehoord hebben hoe leuk het is dat je hier met een bedrijf als NXP kunt samenwerken.’ Dat geven ze dan weer door aan hun collega-studenten thuis.”

Naast universiteiten werkt NXP ook samen met instituten zoals IMEC in Leuven. “We doen een deel van onze research daar”, zegt Gerard Beenker. “Zo zijn we continu op zoek naar nieuwe samenwerkingsverbanden. We zijn een open organisatie geworden, die zo snel mogelijk de markt wil bedienen.”

Want de markt staat centraal voor het bedrijf. “Niet meer zoals twintig jaar geleden, toen de research bij Philips vergelijkbaar was met die aan een universiteit”, benadrukt Beenker. “Onze missie is waarde te creëren door innovatie, gericht op producten voor de markt. De uitdaging van een universiteit moet fundamenteler van aard zijn. De applicaties doen wij wel.”

Helaas voor bedrijf en universiteit is de overheid niet meer zo gewillig om de samenwerking te bekostigen. “Voorheen kreeg Philips geld van de regering dat voor een deel moest worden geïnvesteerd in universiteiten”, vertelt Beenker. “Die sponsoring is komen te vervallen. Dat betekent in de praktijk dat promovendi nu twee keer zo duur zijn geworden. In het buitenland zijn promovendi veel goedkoper. We zijn daarover in gesprek met de overheid. Het is van belang dat er een oplossing komt.” Dat bevestigt Baltus vanuit universiteitszijde. “Daar hebben wij ook mee te kampen. En ook daar moeten we creatieve oplossingen voor bedenken.”/.


Gerard Beenker en prof. Peter Baltus (links).

NXP/Cora van de Berg
Foto's/Bart van Overbeeke