/Voorpagina
/Nieuws
/Mensen
/Achtergrond
/Academie
/Onderzoek
/Opinie
/Reportage
/Bestuur
/Cultuur
/Studentenleven
/Ruis
/Harmpje
/Colofon
/Vacatures
/Mensa
/Oude cursors
/pdf formaat
/Faculteits Berichten
/Zoeken
/TUE
/ Cursor nummer 2 nummer 0

jaargang 42, 27 januari 2000


Achtergrond

Untitled Document Ondernemend, ambitieus en succesvol

Starters bestormen de wereld vanaf TUE-campus

Starters/Gertjan Harberink

Foto’s: Bram Saeys

In het Twinning Center, het Multimediapaviljoen en het Alphacentrum bezetten ze één of meer kantoren. Allemaal zetten ze de eerste stappen in de richting van een al dan niet glorieuze toekomst. Hoewel de producten en diensten verschillen, hebben ze veel gemeen. Ze maken lange dagen, werken hard en beseffen dat dit waarschijnlijk de mooiste en spannendste fase van het ondernemerschap is. “Eigen baas zijn werkt verslavend”, zegt Lisbeth Driessen van Big Camp Internet treffend. Vijf portretten van eigenwijze starters die zich op de campus warmdraaien voor wat komen gaat.

Untitled Document Medusa, Media Usage Advice

Medusa bestormt het net

Advies, realisatie en onderhoud van multi-media projecten, internet, extranet en intranet. Met de nadruk op de koppeling van databases aan webpagina’s. Behoorlijk breed, beaamt Angelic Engel, oprichtster van Medusa. “Als je wat wil, kom dan naar ons. We hebben een groot netwerk. Wat we zelf niet kunnen, besteden we uit.”


Engel studeerde Informatica aan de TUE. Na haar afstuderen werkte ze een paar jaar voor het softwarehuis High Tech Automation en voor Philips. “Daarna begon het te kriebelen. Met haar partner, Internet Acces Eindhoven-directeur Willem Jan Withagen , zette ze Medusa, Media Usage Advice op, kortweg Medusa, op. Haar vriend besteedt nog maar weinig tijd aan Medusa. Thuis gaat het echter veel en vaak over computers. “De C-code stond bij ons regelmatig op het whiteboard in de keuken”, lacht ze. “Nu is dat niet meer. Ook omdat we niet meer in C programmeren.”

Haar werk binnen Medusa vormt een wereld van verschil met haar vorige banen waar de kans dat een project tussentijds werd stopgezet bijna 50/50 was. “Van de ene op de andere dag werd het afgeblazen omdat men er niets meer in zag”, aldus Engel. “Toch was dat ook waardevol. Ik heb veel geleerd. Het werken in teams, groepsdynamiek, begeleiding van mensen, dat soort dingen leer je niet uit een boekje.”

Medusa maakt voor de TUE de site van het Alumniplatform. Ook werkt Medusa voor bedrijven als Van Gansewinkel (containers), Detron (telecommunicatie), Twinning-starter In2Sports en dierentuin Artis. Verder heeft het jonge bedrijf een succesvol project opgezet in Den Bosch dat bedoeld is om ouderen bekend te maken met Internet.

In oktober verlaat Medusa het Multi Media Paviljoen. Internet Access Eindhoven verhuist naar Ekkersrijt en Medusa volgt in hun kielzog. De tijd is er rijp voor. Zeker naar klanten toe wil Engel niet meer hoeven uitleggen dat haar bedrijf geen onderdeel uitmaakt van een proeftuintje van de universiteit. “Het komt niet vaak voor, maar soms denken klanten dat. We zijn hier professioneel bezig, dit is geen hobby. Dit is een bedrijf waar vijf mensen werken.” Niettemin heeft ze een fantastische tijd achter de rug in het Multimediapaviljoen. “Het werkt inspirerend. Je luncht met elkaar, ziet elkaar regelmatig en hoort van elkaar waar je mee bezig bent. Soms ga ik zelfs mee naar klanten van anderen. Netwerken vormt betere acquisitie dan het sturen van mailings, denk ik. Ik ben trouwens ook bang voor de reactie die je daar op krijgt. We hebben het al zó druk.”/.

Untitled Document Big Camp

Eigen baas zijn werkt

verslavend

“Als ik binnenkom, ga ik altijd door de voordeur naar binnen”, lacht Lisbeth Driessen van het tweemansbedrijf Big Camp Internet. “Die entree is zó mooi. Hier werk ik, denk ik dan. Zo begin je je dag altijd goed.” Big Camp is een eigenwijs internetbedrijf dat niet uit de hoek van de reclamebureaus komt en zich misschien juist daarom kenmerkt door persoonlijkheid.

Twee tegen elkaar geschoven bureaus. Beeldscherm en apparatuur op de grond. Posters aan de muur. Kleurige koffiekopjes en koekjes in overvloed. Het is leuk werken bij Big Camp. Dat vinden de enige twee medewerkers en oprichters zelf ook. “Zelf baas zijn, is heerlijk”, lacht tekstwetenschapper Lisbeth Driessen. Haar zakenpartner – en zwager – Henk van de Weij beaamt dat. “Je bent zelf verantwoordelijk. Als er iets fout gaat, kun je dat niet afschuiven op een ander.” Van der Weij studeerde informatica aan de TUE en werkte een tijdje op de universiteit als toegevoegd onderzoeker. Later werkte hij voor Philips onder meer aan user interfaces. “Op een gegeven moment wilde ik wat anders. Ik had het wel gezien.”

Driessen studeerde Tekstwetenschap in Tilburg en geeft naast haar werk voor Big Camp ook les op het Grafisch Lyceum. Daarvoor schreef ze onder meer handleidingen als freelancer. “Omdat je zelf een bedrijf hebt, sta je op een andere manier tegenover zo’n baan. Het gevoel is anders, gelijkwaardiger.” Het tweetal begon aan huis met het bedrijf. Dat was niets. Privé en werk liepen te veel door elkaar. Het Multimediapaviljoen is perfect. “Leuke contacten en een open omgeving. Onze deur staat altijd open”, zegt van der Weij.

Het bedrijfje had eigenlijk Big Tipi moeten heten. Een tipi is een soort wigwam. “Als je in zo’n tipi woont kun je door rooksignalen met andere tipi’s communiceren”, zegt Driessen. “Om die rooksignalen te kunnen zien moet je wel de goede kant opkijken. Je moet de aandacht trekken. Het internet is eigenlijk een soort tipi-kamp. Je kunt een hele mooie site hebben, maar als niemand weet dat hij er is, ziet niemand hem. Je moet dus aandacht trekken om te zorgen dat mensen jouw kant opkijken.” Helaas leek de naam te veel op een andere bedrijfsnaam, ook iets met tipi. “Toen hebben we dat maar laten vallen.”

Big Camp verzorgt, bouwt en bedenkt internetsites en geeft trainingen op het gebied van internet en software. In de toekomst willen Van der Weij en Driessen dat gedeelte van het werk verder uitbreiden. Ook maken ze werkende prototypes op multimedia-gebied. “Snel iets goeds neerzetten”, zegt van der Weij. “Dat is door onze flexibiliteit geen probleem.” Zo maakte het tweetal een interactieve koffietafel, compleet met vernieuwende interface.

Verder verzorgt Big Camp internetsites die naar eigen zeggen vooral helder en leuk moeten zijn. Voor een school in het Schotse Edinburgh maakte Big Camp een digitale schoolkrant. Voor de site van het Grafisch Lyceum zorgt Big Camp voor technische ondersteuning en advies. Ook de schoonheidsspecialiste van het jaar 1999 heeft een Big Camp-site.

Mensen die in de multimedia werken, hebben vaak van hun hobby hun werk gemaakt, denkt Driessen. Soms kan dat er toe leiden dat ze meer tijd in het werk steekt dan ze eigenlijk zou willen. “Ik heb me voorgenomen om het werken te beperken tot zes dagen per week”, zegt ze serieus. Van der Weij: “Werken voor jezelf werkt verslavend.”/.

Untitled Document Factory ZOO

Zillions Of Opportunities

Voor de deur van het Twinning Center staan vier Smartjes in de kleuren van Factory ZOO. Grijs, zwart en rood. “We hoeven niet dik te doen. Bovendien zijn ze zuinig, rijden ze lekker en vallen ze op”, zegt Cor Boonstra (junior) die een paar keer per week met zijn Smart van Antwerpen naar Eindhoven rijdt. Boonstra is één van de vier eigenaren van het nog piepjonge bedrijf dat gespecialiseerd is in het opstarten van e-commerce ondernemingen. De oprichters van Factory ZOO, Frank Melis, Cor Boonstra, Bas van der Horst en Jaap de Koning zijn allemaal mensen die hun sporen op het gebied van e-commerce, marketing en ICT al ruimschoots verdiend hebben. Hoewel Factory ZOO amper vier maanden bestaat, opent het op korte termijn al filialen in Silicon Valley, Duitsland, Engeland en het Midden Oosten. ZOO staat voor Zillions Of Oportunities in E-business. Factory slaat op de bijna fabrieksmatige aanpak die gehanteerd wordt.

“We gaan er vanuit dat het mogelijk is om binnen zes tot negen maanden een werkend e-commerce bedrijf op de markt te zetten. In de eerste fase, de auditie, kunnen mensen zich bij ons melden met een briljant plan op e-commerce gebied. Ze vullen via het net zeventig vragen in op basis waarvan wij, binnen een dag, een ‘draft’ businessplan en een winst- en verliesprognose opstellen. Daarna, als ze door de auditie komen, gaan we de plannen aanscherpen en verrijken. Na twee maanden ligt er een plan en gaan we op zoek naar een ‘venture capitalist’ die wil investeren.”

Als de geldschieter niet gevonden wordt, is het jammer. Einde verhaal. Als de geldschieter wel wil investeren is het bingo. Dan wordt het pad verder uitgestippeld en de contacten gelegd in het veld. Het kapitaal van het bedrijf zit hem dan ook vooral in het netwerk, de contacten. De formule werkt. De eerste startups zijn een feit. Nieuwe aanvragen stromen iedere dag binnen. Vorige week zelfs veertien. “Noem het filmscripts. Wij zijn executive producers, om in filmtermen te blijven. Zij maken de film. Wij beoordelen scripts, zoeken het geld en verzorgen de distributie.” /.

Untitled Document Turpin Vision

Juiste plaats, juiste moment

Het portret van de schele Amerikaanse komiek Ben Turpin hangt prominent achter het bureau van Egbert Heuvelman, mede-oprichter van Turpin Vision. De acteur die in bijna 183 films speelde, staat wat Heuvelman betreft voor wat hij met zijn bedrijf uit wil stralen. Visie zonder te veel pretentie.

Turpin Vision levert internetsites en web-applicaties. Eén van de klanten is Spectrum Electronic Publishing voor wie Turpin Vision animaties maakte en de site bouwde. Voor Heuvelman ligt de nadruk echter niet zozeer op het bouwen en verbeteren van internetsites maar op de ontwikkeling van een auteurssysteem dat onder meer gebruikt kan worden voor interactieve leersystemen. Noem het een uitgebreide tekstverwerker annex html-editor waarmee beeld, geluid en tekst gecombineerd kan worden. Een systeem dat bovendien niet via cd-roms verspreid wordt onder de klanten, maar gewoon op de server van Turpin Vision staat. Wie gebruik wil maken van het programma legt eerst contact met de server. “We zijn een Application Service Provider”, zegt Heuvelman. “Klanten betalen een ‘fee’ wanneer ze van het programma gebruik te maken.”

Heuvelman studeerde Natuurkunde aan de HTS en later aan de TUE. Na zijn propedeuse ging hij informatica studeren bij TEMA. Hij studeerde af in Pakistan en daarna volgde het nodige consultancy-werk. Over anderhalf jaar moet hij weg uit het Multimediapaviljoen. Misschien gebeurt dat al eerder vanwege het inmiddels nijpende ruimtegebrek. Turpin Vision telt nu zeven medewerkers. Heuvelman wil nog dit jaar gaan uitbreiden en is in onderhandeling met een grote potentiële investeerder.

Volgens Heuvelman was Turpin Vision op de juiste plaats op het juiste moment. “We kregen van de universiteit de opdracht om het interactieve Milieuspel te maken. Dat was fantastisch om te doen. Daarmee hebben we echt de grenzen van de bestaande browsertechnologie opgezocht. Wat we leerden was dat je altijd concessies moet doen om geschikte applicaties voor de verschillende type browsers te kunnen maken. Tevens willen gebruikers dingen blijven veranderen in de tekst.” Later verwerkte Turpin Vision de opgedane kennis in een interactief zelfstudie-college voor TDO. Tekst, beeld, animaties en geluid zijn op een heldere manier verwerkt tot een overzichtelijk, interactief document. Een digitaal dictaat noemt Heuvelman het zelf.

Studenten hebben alleen een internetbrowser nodig om het college te volgen. Slimme hulpmiddelen en een duidelijke opzet zorgen ervoor dat de informatie overzichtelijk blijft. Zo is het bijvoorbeeld mogelijk om delen tekst te markeren of om aantekeningen te maken bij bepaalde pasages. In het auteurssysteem kunnen docenten hun materiaal, eveneens met een browser, aanpassen. Tekst intypen, plaatjes toevoegen is geen enkel probleem. Het enige wat de docent nodig heeft, is een computer en een modem.

Gisteren werd bekend dat de faculteit Technologie Management van de TUE opnieuw gebruik gaat maken van de diensten van Turpin Vision. TM gaat een teleleeromgeving opzetten voor het avond-onderwijs waarvoor Turpin Vision de know-how en het auteurssysteem levert. “Ik zoek nu zeker nog meer mensen”, aldus Heuvelman./.

Untitled Document Compark

Géén pionierplantje

Het idee voor een volautomatisch parkeersysteem is niet nieuw. De eerste patenten dateren al van de jaren twintig. In Japan is automatisch parkeren de gewoonste zaak van de wereld. Toch gaat Compark een plaatsje op de markt veroveren. Nederland en Europa zijn het speelveld.

Directeur Leon Hamelink verwacht een enorme toename in de vraag naar automatische parkeersystemen en heeft zich tot doel gesteld over tien jaar een grote speler te zijn. Na vier jaar voorbereiding wordt deze of volgende week gestart met de bouw van Comparks eerste automatische parkeergarage.

Op zijn bureau ligt een stapel bouwtekeningen. “Dit is een heel belangrijk stapeltje”, lacht Hamelink. Het zijn de plannen voor de allereerste automatische parkeergarage van Compark. De ondergrondse parkeergarage, een miljoenenproject, wordt gebouwd bij een zorgcomplex in het Gelderse Herveld. In 2001 wordt de garage opgeleverd.

Hamelink deed Werktuigbouwkunde aan de TUE en studeerde af op een automatisch parkeersysteem. Het idee is dat de bestuurder zijn auto in een ‘ingangsbox’ zet en de auto verlaat. Vervolgens transporteert het parkeersysteem de auto naar een geschikt plekje in de parkeergarage. De voordelen zijn evident. “Automatisch parkeren is veilig en gebruikersvriendelijk”, zegt Hamelink. “Je hoeft geen hellingen meer te nemen. ‘s Avonds hoef je niet door zo’n donkere parkeergarage te lopen. En het systeem is compact en flexibel. Het kan ingebouwd worden in rare situaties. In een toren bijvoorbeeld. Of ondergronds.”

Traditionele ‘parkeermachines’ werken met een plateau waar de auto opgereden wordt. In de garage die Hamelink bedacht, wordt de auto door een grijpmechanisme bij de wielen opgepakt en vervoerd. Dat heeft verschillende voordelen. Hamelinks systeem bevat minder bewegende delen, is veiliger en veel stiller.

Vier jaar bemant hij in relatieve eenzaamheid zijn kantoortje in het Alphacentrum. Zijn vader staat hem regelmatig bij. Hamelink sr. was aannemer en kent de bouwwereld op zijn duimpje. Dankzij de talloze gesprekken groeide het plan om de garages in de markt te zetten. Zijn vader steunde hem financieel en zorgde voor een basisinkomen. Terwijl

jaargenoten inmiddels een dik salaris genieten, moest hij het met veel minder stellen. “Drie maanden geleden woonde ik nog in een studentenhuis. Ik rijd in een oude Citroën waar een gat in zit. Maar dat maakt me niet uit. Ik zit wel met directeuren van grote bedrijven om tafel om ze te interesseren voor ons systeem. Het verschil is enorm, maar daar kan ik wel van genieten. Ondernemers zeggen ook altijd dat die eerste jaren het mooist zijn. ”

De vier jaar zijn het waard geweest, denkt Hamelink. Langzamerhand beginnen de perspectieven zich af te tekenen. Hij haalde een subsidie binnen, heeft contact met een Japans bedrijf dat geïnteresseerd is in zijn techniek en ziet binnenkort de eerste garage verrijzen. Inmiddels heeft hij ook een vestiging in Amsterdam geopend en nieuwe mensen in dienst genomen. De markt voor automatische parkeergarages zal de komende jaren explosief groeien. Wanneer de markt groot genoeg is, zullen de Japanse bedrijven richting Europa gaan kijken. Tegen die tijd wil Hamelink een grote speler zijn. “Pionierplantjes groeien als eerste op slechte grond. Ze zorgen ervoor dat de grond eenheid krijgt en maken het gebied rijp voor andere vegetatie. Als die andere planten komen, overwoekeren ze de pionierplantjes. Een ding is zeker: ik wil géén pionierplantje zijn!” /.














Website