/Voorpagina
/Mensen
/Nieuws
/Opinie
/Cultuur
/Studentenleven
/Achtergrond
/English page
/Ruis
/Harmpje
/Colofon
/Vacatures
/Mensa
/Oude cursors
/pdf formaat
/Faculteits Berichten
/Zoeken
/TUE
/ Cursor nummer 2 nummer 5

jaargang 42, 2 maart 2000


Studentenleven

Untitled Document “Voor de wedstrijden leef ik echt”

De 21-jarige student Natuurkunde Rik van Laarhoven is alweer bezig met zijn volgende wedstrijd: het Nederlands Kampioen-schap veldlopen in Heythuysen zondag 5 maart. Hij werd onlangs eerste bij de Nederlandse studentenkampioenschappen cross in Rijen.

“Een leuk kampioenschap, maar het stelt niet zo veel voor, hoor. Er waren maar zo’n 25 deelnemers. Er zijn wedstrijden die me meer zeggen. Als ik zondag van de 250 veldlopers 25ste van Nederland word dan zegt dat echt wat. Of toen ik tweede werd bij de Nederlandse junioren kampioenschappen cross in 1996.”

Rik is gastlid van de TUE Atletiekvereniging Asterix. Eigenlijk is hij sinds 1993 lid van de vereniging RKHAV in Hulst.

“Toen ik hier in 1996 kwam, heb ik ook nog een tijdje bij PSV meegetraind. Maar dat werd allemaal een beetje te veel. Ik had toen last van bloedarmoede en trainde toen als junior mee met de senioren. Bovendien had ik ook nog een eigen privé-trainer en ik wist niet goed hoe ik dat moest combineren. Bij PSV train je met een groep van zo’n twintig man met maar één trainer. En dan heb ik toch liever een trainer die mij helemaal kent.”

Die privé-trainer is zijn vader. “Hij is zelf een goede atleet geweest. Ook in de subtop, net als ik. Juist omdat mijn vader aan atletiek had gedaan, wilde ik dat vroeger absoluut niet. Ik zat op wedstrijdzwemmen. Als je dertien, veertien jaar bent moet je breder worden, maar bij mij gebeurde dat niet. Een tweede Pieter van den Hoogenband zat er niet in.”

Een soort weddenschap met een jongen die aan een atletiekwedstrijd had deelgenomen, zorgde voor een ommekeer. “Ik zei dat hij het niet zo goed gedaan had. ‘Laat dan maar zien dat je het beter kunt’, antwoordde hij. Toen heb ik me aangemeld bij RKHAV en van het een kwam het ander. Maar het was er waarschijnlijk ook zonder die weddenschap wel van gekomen.”


Rik van Laarhoven. Foto: Bram Saeys

Goede cijfers

Zijn vader spaart Rik wel. “Hij laat me niet over mijn maximum gaan. Soms denk ik: ‘Ik had wel sneller gekund.’ Of ik zou meer kunnen trainen. Maar ja, dan ben je echt een wrak als je vijftig bent. Hij is niet zo’n fanatieke ouder die ten koste van alles zijn kind wilt zien presteren.”

Deze week heeft Rik tentamens en daarom zou hij eigenlijk hard moeten leren. “Mijn vader wil als vader natuurlijk ook dat ik goede cijfers haal, maar hij geeft me wel een loodzwaar trainingsschema. Dat is wel lastig. Maar in principe kunnen we de zaken vrij goed scheiden. Op de baan is hij mijn trainer en daarbuiten is hij mijn vader.”

“Als ik hier de trappen oploop met vrienden zie je ze denken: ‘Ben jij hier de atleet?’. Maar ik ben na een training gewoon moe. Elke dag ben je moe. Nu heb ik bijvoorbeeld al drie weken geen rust meer gehad. Het doet wel wat met je.”

Soms laat Rik zich overhalen om te gaan stappen. “Dan denk ik bij mezelf: ik ga om half twee of zo naar huis. Later kijk ik op mijn horloge en zie ik dat het vier uur is. Dat is dan iets minder. Maar je hebt ook gewone dagen waarop je ‘s morgens moe opstaat en weet dat je nog niet hersteld bent, maar wel weer moet trainen. Dat is echt verschrikkelijk. Op zo’n training kom je niet vooruit”, vertelt de atleet.

“Ik ben niet goed genoeg om prof te worden, anders deed ik het meteen. Maar ja, ik vind het gewoon leuk. Voor de wedstrijden leef ik echt.”/.

Untitled Document “Tikken opschrijven vergeet je gewoon”

Een eind aan spooktikken. Dat belooft de Picobell tikkenmeter die Ton Schepens uit Lieshout heeft ontworpen. Verschillende studentenhuizen hebben de meter, die 250 gulden kost, al aangeschaft. Huize Lucky Luik in de Jan Luikenstraat –goed voor vierhonderd spooktikken per twee maanden- zette deze stap deze week ook.

In de smalle hal zijn de bewoners van huize Lucky Luik verzameld en ze luisteren naar het verhaal van Ton Schepens, uitvinder van de Picobell (met Pin Code Bellen). Hij heeft het apparaat aangesloten en legt uit hoe het werkt. “Er kunnen veertien mensen worden aangesloten op het apparaat. Voordat je gaat bellen, moet je eerst je driecijferige pincode intikken. De Picobell registreert precies hoeveel tikken je verbelt. De beheerder kan dit uitlezen, maar je kunt ook je eigen stand bekijken met je pincode.” “Ah, dan kunnen we de beheerder controleren of die ons niet te veel berekent”, klinkt het.


Ton Schepens demonstreert de Picoteller aan Merijn Burgers, de beheerder van huize Lucky Luik. Foto: Bram Saeys

Geen overbodige luxe

De teller is voor het drie verdiepingen tellende studentenhuis geen overbodige luxe. Elke twee maanden zijn er vierhonderd tikken van zeventien cent verdwenen. Niet opgeschreven, al dan niet per ongeluk. “De teller staat beneden en als je hebt gebeld, denk je ik loop zo wel naar beneden. Maar dat vergeet je dan gewoon”, zo luidt de verklaring. Dat resulteert bij elke afrekening in een kleine zeventig gulden die van ‘niemand’ is. Dat bedrag wordt dan verdeeld over de negen bewoners. Daar moest een eind aan komen.

Merijn Burgers, beheerder van het huis en TUE-student Werktuigbouwkunde, zag een briefje op de TUE hangen van de Picobell en liet Schepens komen met zijn vinding. “We halen de kosten van de Picobell (250 gulden) er in zeven maanden uit”, heeft hij berekend. De keus was niet moeilijk voor de studenten: de Picobell moet er komen.

Terwijl Schepens aan de beheerder uitlegt hoe het apparaat werkt, bedenkt de rest hoe het apparaat gesaboteerd kan worden. “We proberen gewoon met iemand anders z’n pin te bellen.” Dat kan volgens Schepens maar vijf keer, dan blokkeert het apparaat alles en moet de beheerder het resetten. “Dan moet je toegeven dat je aan het klooien bent geweest. Tot op bepaalde hoogte is het wel sabotagegevoelig”, geeft hij toe. “Je kunt nu in ieder geval niet meer per ongeluk je tikken vergeten op te schrijven.”

Terwijl Schepens extra gereedschap uit zijn wagen haalt om de teller te installeren in de meterkast van Lucky Luik, komt bewoner Bert Aarts op zijn fiets aangereden. Hij heeft even de 250 gulden gepind. Lucky Luik is overstag./.

Untitled Document Cursus paardrijden, golf en boogschieten

Het is weer mogelijk om in te schrijven voor de cursussen paardrijden, boogschieten en golf (beginners en gevorderden). De cursussen paardrijden en boogschieten beginnen op 21 maart of zodra de cursusgroep compleet is. Aan een cursus kunnen tien mensen meedoen. Inschrijven kan bij de administrateur van het sportcentrum. De cursussen golf beginnen telkens als een groep compleet is. Kosten: paardrijden 150 gulden (tien lessen), boogschieten 50 gulden (tien lessen), golf beginners 100 gulden (tien lessen), golf gevorderden 125 gulden (tien lessen). Meer informatie geeft Wim Koch, coördinator PBA tst. 3232 of email: w.koch@ssc.tue.nl.

Squashcursus

In het studentensportcentrum beginnen op 22 maart weer squashcursussen. Je kunt je hiervoor inschrijven vanaf 6 maart via de computer aan de portiersbalie van het sportcentrum. Een geldige sportkaart is verplicht. Inschrijving kan op 3 niveaus: beginners (aanleren van de basistechnieken), beginners + (meer dan dertig uur squashervaring; verbeteren van de basistechnieken), gevorderden (lidmaatschap van Quatsch verplicht). De cursussen worden gegeven op de woensdag- en donderdagavond op de squashbanen van het sportcentrum.

Keuzevak

Tijdens het lentetrimester verzorgt de capaciteitsgroep Organisatiekunde het keuzevak 1Z180 Management van technische innovatie voor niet Bdk-studenten. Inschrijven: secretariaat van Organisatiekunde, TEMA 0.22. Aanmelden voor het tentamen moet nog steeds bij de centrale studentenadministratie gebeuren.














Website