spacer.png, 0 kB
Volg Cursor via Twitter Volg Cursor via Facebook Cursor RSS feed
spacer.png, 0 kB

spacer.png, 0 kB



Cursor in PDF formaatCursor als PDF
Special Cursor 50 jaarSpecial Cursor 50 jaar
PrintE-mail Tweet dit artikel Deel dit artikel op Facebook
Zes plasmaprojecten van start aan TU/e
10 december 2009 - Zeven samenwerkingsprojecten zijn deze maand gehonoreerd als onderdeel van het STW-programma ‘Building on Transient Plasmas’; bij zes hiervan is de TU/e betrokken. Volgens prof.dr.ir. Gerrit Kroesen, kartrekker van het nieuwe TU/e-profileringsgebied Plasma’s en penvoerder van het STW-project, ontvangt de TU/e zo’n drie miljoen euro voor projecten gerelateerd aan gepulste plasma’s.

Het STW-programma heeft een totale omvang van 4,7 miljoen euro, waarvan het grootste deel dus naar de TU/e gaat. De andere onderzoekspartners komen van de Universiteit Twente en het Centrum voor Wiskunde en Informatica (CWI) in Amsterdam.

Naast het plasmacluster van de faculteit Technische Natuurkunde zijn ook de TU/e-faculteiten Scheikundige Technologie en Electrical Engineering bij projecten betrokken. Industriële partners zijn onder meer kabelfabrikant Draka, BASF, Siemens, Nuon, TNO en het KNMI. De projecten draaien om het toepassen van plasma’s bij het maken van glasfibers, het gebruik van microplasma’s in microreactoren, het controleren van de gasontladingen die ontstaan in schakelaars in het elektriciteitsnet, en onderzoek naar bliksem. Verder wordt onderzoek gedaan naar het reinigen van lucht met plasmatechnologie en het laag voor laag aanbrengen van atomen op grote oppervlakken.

In september vorig jaar werd het voorlopige voorstel voor het onderzoeksprogramma al door technologiestichting STW goedgekeurd. Deze maand is bekend geworden welke van de vijftien ingediende projectvoorstellen het hebben gehaald. Programmaleider Kroesen, hoofd van de capaciteitsgroep Elementaire Processen in Gasontladingen (faculteit Technische Natuurkunde), is tevreden met de gemaakte keuzes. “Ik vind het een mooie mix. Het is de bedoeling dat er een synergie ontstaat tussen de verschillende projecten binnen het programma, zodat we bijvoorbeeld kennis die we opdoen in het project over bliksems kunnen gebruiken in microreactoren, en de scheikundige kennis uit het microreactorproject kunnen toepassen in glasfibers. Daarvoor zullen we ook tweemaal per jaar met alle betrokkenen, ook de industriële partners, bijeenkomen om de ontwikkelingen te delen.”

Industrie
De projecten behelzen elk rond de zeven euroton. De groep van Kroesen zelf is betrokken bij vijf van de projecten. Volgens de regels van STW zijn bij elk project minimaal twee onderzoeksgroepen betrokken en dragen industriële partners voor minimaal vijfentwintig procent bij aan het project. Vanuit het CWI is prof.dr. Ute Ebert, tevens deeltijdhoogleraar aan de TU/e-faculteit Technische Natuurkunde, betrokken bij drie van de projecten. Gemeenschappelijk onderwerp van de projecten zijn tijdsafhankelijke of gepulste plasma’s, volgens Kroesen een relatief nieuw onderzoeksterrein. “Voor toepassingen in de industrie worden voornamelijk continue plasma’s gebruikt, terwijl je plasma’s kunt maken met bijzondere eigenschappen door de omstandigheden in te tijd te variëren. De extra mogelijkheden van deze ‘transient’ plasma’s zijn nog onvoldoende onderzocht.” (TJ)/.