Bij het IPO-gebouw konden mensen van een voorwerp dat ze in hun zak hadden, een kunstwerkje laten maken. “Dat fascineert me, te zien wat mensen zoal in hun broekzak hebben”, zegt hij. Moors kreeg de meest uiteenlopende objecten aangeboden: een munt, een schroef, foto’s en hondenbrokken. In het sport-centrum heeft hij een weggetje gemaakt bestaande uit stukjes hout waarop mensen hun naam konden schrijven. En deze week probeert hij studenten en medewerkers van Bouwkunde te interesseren in wiggen. “Het woord wig alleen al vind ik mooi”, zegt Moors, “maar het is ook een nuttig voorwerp, waar veel kracht in schuil gaat.” Zijn voorliefde voor werken met hout is ongetwijfeld terug te voeren op het beroep van zijn vader: die is timmerman. “Hij heeft me ook geholpen bij het in elkaar zetten van het karretje.”
Moors, die zijn geld verdient met een parttime baan bij een bouwmarkt, klopte met zijn initiatief aan bij de Kunstcommissie van de TU/e, die ermee akkoord ging en hem er ook een kleine financiële tegemoetkoming voor geeft. In 2010 zal zijn karretje ook nog te bewonderen zijn bij de faculteit Electrical Engineering, in het Hoofdgebouw en afsluitend in het Auditorium. “Op die laatste locatie ga ik een soort goocheltruc uitvoeren, maar daar wil ik nu nog niet teveel over kwijt.” (HK) |