/Voorpagina /Mensen /Nieuws /Opinie /Cultuur /Studentenleven /Achtergrond /English page /Onderzoek /Reportage /Bestuur /Ruis /Harmpje /Colofon

/Faculteits Berichten /Vacatures /Mensa /Oude cursors /pdf formaat /TUE /Zoeken:

jaargang 42, 22 juni 2000 Voorpagina

Hogerop met ZES Zelf viel de Zweefvliegclub Eindhovense Studenten (ZES) net buiten de prijzen op het door hen georganiseerde NSK Zweefvliegen. Op vliegbasis De Peel bij Venray werd afgelopen zaterdag en zondag flink gevlogen. De thermiek was slecht op beide dagen, zodat geen van de vliegopdrachten die de deelnemers kregen, compleet kon worden voltooid. In de open klasse mag Francois Jeremiasse zich dit jaar kampioen noemen. Die eer viel Jan Joost Bierhoff ten deel in de club klasse. Op de foto het uitzicht vanuit een zweefvliegtuig, bestuurd door Ton Staassen, chefinstructeur bij ZES. Foto: Bram Saeys

Internationaal vergelijkend onderzoek CWTS Leiden: Wetenschappelijke prestaties TUE zijn uitstekend De TUE presteert in internationaal wetenschappelijk opzicht uitste-kend. De Eindhovense onderzoekers publiceren relatief veel in vooraanstaande wetenschappelijke tijdschriften en er wordt meer dan gemid-deld naar hun artikelen verwezen door andere onderzoekers. Bovendien is er sinds 1990 sprake van een stijgende lijn. De TUE gooit vooral hoge ogen in tijdschriften met fysische chemie, natuurkunde, polymeer-wetenschap, analytische chemie, mechanica, chemie en materiaal-kunde. Op deze terreinen wordt niet alleen relatief veel gepubliceerd maar hebben de Eindhovense publicaties ook een relatief grote wetenschappelijke betekenis. Een en ander blijkt uit een nog vertrouwelijk concept-verslag van een in opdracht van de TUE uitgevoerd internationaal vergelijkend onderzoek van het Centrum voor Weten-schaps- en Technologie-studies (CWTS) van de Universiteit Leiden onder leiding van prof.dr. A. van Raan. In het onderzoek wordt de TUE onder meer vergeleken met de Technische Universiteit Delft (TUD), de Universi-teit Twente (UT) en zes andere Europese TU’s. De vergelijking heeft betrekking op de periode 1990-1998 en betreft het aantal artikelen dat door medewerkers van de onderzochte universiteiten werd gepubliceerd in wetenschappelijke tijdschriften, en het aantal keren dat deze artikelen in andere wetenschappelijke artikelen werden geciteerd. Hoe vaker een artikel geciteerd wordt, des te invloedrijker het is in wetenschappelijke kring. In het onderzoek werden behalve de Nederlandse TU’s de volgende Euro-pese technische universiteiten betrokken: Eidgenössische Tech-nische Hochschule (ETH), Zürich, Zwitserland; École Poly-technique Fédérale de Lausanne (EPFL), Zwitser-land; Kungl Tekniska Hög-skolan (KTH), Stockholm, Zweden; Institute Natio-nale Polytechnique de Grenoble (INPG), Frank-rijk; Lees verder op pagina 3 Vervolg van pagina 1 Rheinisch-Westfälische Technische Hochschule (RWTH), Aken, Duitsland; Imperial College, Londen (ICL), Verenigd Konink-rijk. Als extra referentiekader werd bovendien ook de wetenschappelijke output van het Massachusetts Institute of Technology (MIT) (Boston, VS) en de Katholieke Universiteit Leuven (KUL) in de beschouwingen betrokken. Op de belangrijkste indicator voor het vaststellen van de wetenschappelijke positie van een universiteit scoren de onderzochte technische universiteiten voor de periode 1990 - 1998 in rangorde als volgt: ETH, Zürich 1,52 EPFL, Lausanne 1,48 TUE, Eindhoven 1,30 UT, Enschede 1,27 ICL, Londen 1,25 TUD, Delft 1,14 KTH, Stockholm 1,09 RWTH, Aken 0,93 INPG, Grenoble 0,81 Een score van 1,0 representeert het wereldgemiddelde. Ter vergelijking: MIT scoorde 2,30 en de KUL 1,03. CvB-voorztter dr.ir. Henk de Wilt is verheugd over de uitkomsten van het CWTS-onderzoek. “We zien er een aanmoediging in om voortvarend door te gaan met het verwezenlijken van onze onderzoeksstrategie. Die komt er in essentie op neer dat wij op een beperkt aantal technologiegebieden tot de wereldtop willen behoren en dus ook toponderzoekers in huis willen hebben. Het is onmogelijk in alles heel erg goed te zijn. Wij hebben dus keuzes gemaakt en zullen dat blijven doen. De resultaten van het CWTS-onderzoek kunnen ons daarbij helpen omdat ze zichtbaar maken op welke terreinen wij in de wereld bovengemiddeld presteren en op welke we achterblijven.” Het definitieve verslag van het CWTS-onderzoek zal naar verwachting over enkele weken openbaar worden gemaakt./.

Bonden: hak besluitvorming AVA niet in stukken Tijdens een vergadering van het AVA-platform is overlegd over de wijze waarop het besluitvormingstraject moet plaatsvinden. De bonden en de universiteitsraad hebben, zo bleek, uiteenlopende meningen over de fasering van de besluitvorming. Afgelopen dinsdag is het AVA-platform bijeen geweest. Alle inspraakgremia die op een of andere manier met het AVA-proces geconfronteerd worden, zijn in dit platform vertegenwoordigd. De bonden hadden al eerder geconstateerd dat de medezeggenschap bij de TUE is opgesplitst in verschillende beleidsgebieden. Dat maakt de behartiging van de belangen van het personeel er niet gemakkelijker op, aldus de bonden. Het AVA-platform is opgericht om de broodnodige afstemming tussen de diverse medezeggenschapsorganen te krijgen.Op de agenda van afgelopen dinsdag stond het besluitvormingstraject van de AVA-operatie. Een heikel onderwerp, zo bleek, want ‘bij de bonden en een belangrijk deel van de dienstraden en faculteitsraden bestond de vrees dat de universiteitsraad onvoldoende rekening zou houden met de belangen van het personeel’, aldus de tekst van een persbericht van het AVA-platform. Een besluit op hoofdlijnen zoals de UR voornemens is te nemen kan de inspraakpositie van de UR en die van de bonden flink beperken ten aanzien van de CvB-plannen over de feitelijke uitvoering van de reorganisaties,’ zo valt verder te lezen. De universiteitsraad krijgt op 3 juli in een raadsvergadering de plannen van het CvB voorgeschoteld. Deze plannen zijn een aangepaste versie van eerder ingediende plannen van het CvB. “In die vergadering besluit de universiteitsraad of er wel of niet op basis van het nieuwe voorliggende plan gereorganiseerd gaat worden. Maar dat is geen besluit over het totale plan in al zijn details,” zegt Corine Fabrie, voorzitster van de AVA-commissie die aan de universiteitsraad rapporteert.” Paul Goemans, bondsvertegenwoordiger in het OPTUE is daar echter kort over: “Je moet niet in etappes beslissen. Daarmee beperk je de vrijheid van onderhandelen van onder andere de bonden.” In ieder geval zal de universiteitsraad pas instemmen met de hoofdlijnen van de AVA-operatie als het plan van het CvB acceptabele doelstellingen en toetsbare criteria voor de beoogde effecten oplevert. Ook dient het CvB adequate en consistente argumentatie te geven bij de aanzetten van de implementatieplannen ten aanzien van de doelstellingen. Op 28 augustus zal de universiteitsraad wel of niet instemmen met het totale AVA-plan van het CvB. Het OPTUE-overleg met het CvB over de sociale plannen begint eind augustus, wanneer duidelijk is wat de effecten van de implementatie van de plannen zullen zijn. Op 23 augustus, voor de besluitvorming, is er in ieder geval nog een overleg van het AVA-platform./.

Prijs voor voordracht Ir. Roëll van Druten heeft op het wereldcongres over innovaties in de voertuig- en transportsector in Korea de hoofdprijs gewonnen voor zijn presentatie van een onderzoeksrapport over besparingen in een auto door gebruik van een vliegwiel. De prijs bestond uit een oorkonde en tweeduizend dollar. Op het congres in Seoel, georganiseerd door de Internationale Federatie van Ingenieurs uit de voertuigtechniek en transport (FISITA), waren ruim zeshonderd deelnemers aanwezig die in totaal vierhonderd voordrachten kregen voorgeschoteld. Een speciale congrescommissie nomineerde elf onderzoekers, daarvan werden er vijf bekroond met een prijs. Van Druten studeerde drie jaar geleden aan de TUE af als werktuigbouwkundig ingenieur. Hij hoopt begin volgend jaar zijn onderzoek bij de faculteit Werktuigbouwkunde af te sluiten met een promotie. Van Druten werkt aan een project om auto’s zuiniger en tegelijk sportiever te maken.