/Voorpagina
/Mensen
/Nieuws
/Cultuur
/Achtergrond
/English page
/Onderzoek
/Ruis
/Harmpje
/Colofon
/Faculteits Berichten
/Vacatures
/Mensa
/Oude cursors
/pdf formaat
/TUE
/Zoeken:
/ Cursor nummer 4 nummer 0

jaargang 42, 29 juni 2000


Cultuur

Untitled Document Archiprix: kans op eer en werk

De nominaties voor de jaarlijkse Archiprix zijn bekend. Onder de kanshebbers bevinden zich vier oud-studenten Bouwkunde van de TUE. Voor hen ligt 20.000 gulden aan prijzengeld en natuurlijk de eer in het verschiet. Op zaterdag 1 juli is de prijsuitreiking van Archiprix. Cursor licht de afstudeerprojecten van deze vier eruit.

Untitled Document Begraven en cremeren aan het water

Roosmarie Carree concentreerde zich voor haar afstudeeropdracht InMArGINE op de dood. Ze ontwierp een begraafplaats en crematorium op de Müllerpier in Rotterdam, vlakbij de Euromast. “Ik wil de scheiding tussen leven en dood verminderen. Als je beseft wat de dood is, geniet je veel meer van het leven.”

”Ik wilde graag een afstudeeropdracht met de essentie van architectuur erin. Begraafplaatsen interesseerden me. Veel mensen hebben een idyllisch beeld van dodenakkers; een rustieke plek met een mooie oude eik. In de praktijk liggen veel begraafplaatsen langs een snelweg en die mooie eik blijkt een miezerig boompje te zijn.” Daarom ontwierp Carree een dodenakker vlakbij de Euromast in Rotterdam. “Een plek in de stad en toch op afstand. Een plek waar mensen komen om te begraven, maar ook terugkomen voor bezinning. De locatie Müllerpier is een bijzondere omdat het een kale betonnen plaat is. Als je die afloopt, krijg je het gevoel dat je steeds verder van de stad afkomt, terwijl je er middenin blijft. De begraafplaats fungeert als marge tussen leven en dood.”

In het ontwerp heeft Carree het karakter van de pier zoveel mogelijk willen benadrukken. De hoofdroute ligt tussen muren en vormt een massa, daarnaast de leegte van de velden. De muren geven privacy aan de velden, kleine openingen zorgen voor ‘t contact. “Op de kop van de pier wordt niet begraven, daar kunnen mensen nadenken of genieten van het uitzicht.”

Onder een paar velden ligt het crematorium. Een route brengt je vanaf het water of uit de stad geleidelijk in het gebouw, waar het de drie belangrijkste ruimtes met elkaar verbindt. Een wachtruimte die overeenkomt met een hal van een huis, een aula die kerkachtige kenmerken heeft en een koffiekamer die op een huiskamer lijkt. “Ik wilde de sfeer van vroeger terugbrengen, toen men na een dienst naar de kroeg ging. Daar was het gezellig en kon men weer wennen aan het gewone leven. Dat wil ik ook met mijn ontwerp: eerst de mensen uit de stad halen met als hoogtepunt de aula voor de plechtigheden en daarna het leven weer in; de stad in.”

Haar plannen worden nooit gerealiseerd, want er komt woningbouw op de Müllerpier. “Met mijn afstuderen heb ik willen laten zien dat er andere mogelijkheden zijn voor deze gebieden. Helaas krijgen ze nu dikwijls de bestemming woningbouw, dat is jammer.”/.

Untitled Document Wonen op bedrijventerreinen

Wonen op een bedrijventerrein? Dit is volgens oud TUE’er Arjan Harbers dé oplossing voor het tekort aan woonruimte in Nederland. Hij nam bestaand bedrijventerrein De Hoef in Amersfoort als voorbeeld om zijn gedachtegang te realiseren.

De Hoef is een bedrijventerrein van 112 hectare groot. Harbers verdichtte in zijn afstudeeropdracht deze plek met 5000 woningen. “Mijn doel was om steden op die plek uit te breiden in plaats van de stad zelf maar te laten uitdijen. Als je alle bedrijventerreinen in Nederland verdicht, kun je twee miljoen huizen bouwen”, zegt Harbers over zijn afstudeerplan, dat de naam Hokken op de Hoef meekreeg. “Ik liftte veel tijdens mijn studie en kwam zo op veel bedrijventerreinen waar ik veel ongebruikte ruimte zag. Toen viel het kwartje opeens.”

In het ontwerp van Harbers is 90 procent van de bestaande bebouwing blijven staan. “Vrachtverkeer door de wijk is een probleem dus het bedrijf van Van Gent en Loos heb ik verplaatst naar de rand van het terrein. Loodsen dienen zo meteen als geluidsbuffer voor de snelweg. Het is gewoon een kwestie van slim indelen.”

Volgens Harbers is het wonen en werken op een en hetzelfde terrein een ‘win-win’-situatie: “Het draagvlak voor voorzieningen neemt toe. Overdag gebruiken werknemers van de bedrijven de parkeerplaatsen, ‘s avonds doen bewoners dat. “Je hebt dubbel gebruik van de ruimte.” Volgens Harbers is er zeker animo voor het wonen op een bedrijventerrein. “Mensen willen zich onderscheiden, ook met wonen. Zo is het in om in een loft, in een oude fabriek of pakhuis te wonen. Wonen naast bijvoorbeeld het kantoorpand van Price, Coopers en Waterhouse is ook bijzonder. En het brengt leven in de brouwerij op de bedrijventerreinen.”/.

Untitled Document Kunstmatige wereld onder de grond

Fascinatie voor media was voor Emile van Vugt aanleiding om zijn afstudeerwerk te wijden aan het ontwerp van een centrum voor kunst en mediatechnologie in Rotterdam.

Het centrum moet een maatschappelijk draagvlak maken voor nieuwe technologische ontwikkelingen en fungeert als platform en onderzoekscentrum voor ontwikkelingen die zich afspelen rond mediatechnologie in relatie tot kunst. Het mediacentrum ligt volledig ondergronds; liefst 25 meter onder het maaiveld. Het wordt ontsloten door het metrostelsel dat onder Rotterdam ligt. Het is een kunstmatige wereld, met eigen tijd en klimaat, die onafhankelijk van de buitenwereld functioneert. De in- en uitgangen van het ondergrondse mediacentrum zijn verbindingspunten tussen de ondergrondse en de bovengrondse wereld. Net als na een reis met de metro willen volgens Van Vugt mensen zich bij bovenkomst oriënteren op de bovengrondse buitenwereld. Daarom zijn er in het zichtveld vanuit de verbindingspunten een aantal mediamachines gemaakt. Deze driedimensionale elektronische billboards bevinden zich in de skyline van Rotterdam op 56 meter hoogte. Hierop worden de producties en exposities die in het centrum te zien zijn, getoond. Alles wordt aangestuurd vanuit het ondergrondse centrum, dat te bereiken is via tunnels vanaf het maaiveld en het metrostelsel. De tunnels fungeren als sluizen en leiden naar de buitenwereld of naar de liften. Deze schieten door het maaiveld omhoog om aan te komen bij een van de mediamachines in de skyline.

Het mediacentrum zelf is een overzichtelijke ruimte waar bezoekers vrijuit kunnen rondzwerven.

Van Vugt noemt zijn ontwerp een kunstmatige ruimte in het centrum van Rotterdam dat slechts wacht op exploratie./.

Untitled Document Gefascineerd door tegenstellingen

Toen ze in Amsterdam woonde tijdens haar stage, was TUE-student Lisette Nobel al gefascineerd door het Amsterdamse Westerdokeiland. “Ik was erdoor geïntrigeerd.” Wat haar afstudeeropdracht zou worden, was dan ook niet moeilijk kiezen voor haar. Nobel maakte een stedenbouwkundig ontwerp van het eiland dat zich kenmerkt door weidsheid en kleinschaligheid.

“Het Westerdokeiland is een overgangsgebied tussen de kleinschaligheid van de stad en de ruimte die in de periferie van ’t IJ is. Het ligt vlakbij het Centraal Station aan de rand van het IJ. Eigenlijk is het een soort schiereiland, dat met een weg wordt verbonden met het vasteland”, vertelt Nobel. In haar ontwerp heeft ze een deel van wat er al is, intact gehouden, zoals een oud rangeerterrein en loodsen. “Wat er was, moest behouden worden in mijn ogen. In de oude sfeer heb ik nieuwe dingen laten ontstaan. In de loodsen komen kunstenaarateliers en de woonwagens die er nu al staan, blijven. Het wordt allemaal met elkaar geïntegreerd, maar er wordt ook een nieuwe laag gemaakt.”

Groot en klein, kleinschalig en perifeer, komen in het afstudeerwerk met de naam GrensKunst KunstGrens weer samen in het kunstenaarscentrum. “Kunstenaars horen bij het perifere gevoel, maar er zitten ook functies in het gebouw die de kleinschaligheid van de stad in zich hebben, bijvoorbeeld cafeetjes.”

Het pand is voorzien van een hotel met badhuis, een klimhal en duikbassin. Door het gebouw heen is een kunstroute verweven. “Deze ondergaat een transformatie, het begint binnenin het hart van het pand en eindigt aan de buitenkant. Het gebouw draait zich als het ware binnenstebuiten.”

De sfeer op het eiland, waar veel kunstenaars wonen, moest van Nobel bewaard worden. “Het ligt zo dicht bij het centrum van Amsterdam, maar heeft een heel andere sfeer. Ik wilde dat het Westerdokeiland echt gaat leven en het bij de stad trekken. Het moest een nieuwe impuls van deze tijd krijgen.”/.

Untitled Document /De Bal

De Bal is een film die Plaza Futura zaterdag 1 juli in de buitenlucht draait, dit vanwege het EK voetbal. Het verhaal gaat over Sophia, die het niet gemakkelijk heeft. Ze woont bij haar moeder, mist haar vader erg en heeft geen vriendjes. Bovendien wordt ze gepest door een bende straatjochies. Op de dag dat ze hoort dat haar zwerfhond een spuitje krijgt en het enige park in de stad verdwijnt, ontmoet ze een oude circusartiest. Van hem mag ze vijf dagen lang een magische bal lenen, die alles kan. Hiermee wordt Sophia populair, maar de bal heeft ook een donkere kant. Vanaf 22.30 uur.

/Honderd jaar elektriciteit

Elektriciteit heeft een niet te missen plek in het dagelijks leven ingenomen. Pas als deze uitvalt, realiseren we ons hoe afhankelijk we zijn van deze energiebron. In het Teylers museum in Haarlem wordt ter ere van het vijftigjarig bestaan van de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek een zomerexpositie gehouden hierover. Deze opent op 8 juli en loopt door tot en met 17 september. De elektrificatie van het huishouden wordt getoond aan de hand van honderden apparaten die fabrikanten en energiebedrijven de consument in de loop der tijd hebben aangeboden. Van zinvol tot zinloos, van smaakvol tot levensgevaarlijk. Voor meer informatie: www.teylersmuseum.nl.

/Metropolisfes-tival

Het Zuiderpark in Rotterdam is zondag 9 juli decor voor het Metropolisfestival. Met muziek van onder meer Mauro, Damage Manual, Mindmenders, Beef, Matrix, Echoboy, Tampie Magdat, Ray Wonder en As Friends Rust. Het festival begint om 13.00 uur.

/What about design?

In het Techniek Museum Delft is tot en met 29 oktober de tentoonstelling What about design te zien. De expo wil discussie oproepen over het ontwerpproces; door welke uitgangspunten is een product geworden wat het is? Daarom worden telkens twee vergelijkbare producten tegenover elkaar gezet die vanuit een andere visie zijn ontworpen. Er is hedendaags industrial design te zien van diverse aard zoals huishoudelijke objecten, meubilair, verlichting, verpakkingen, enzovoorts. Geopend van dinsdag tot en met zaterdag van 10.00 tot 17.00 uur. Op zon- en feestdagen van 12.00 tot 17.00 uur. Entree is voor studenten 3,50 gulden. Het museum is te vinden aan de Ezelsveldlaan 61 in Delft.














Website Cursor