/Voorpagina
/Mensen
/Nieuws
/Opinie
/Cultuur
/Studentenleven
/Achtergrond
/English page
/Onderzoek
/Reportage
/Bestuur
/Ruis
/Ranzigt
/Colofon
/Faculteits Berichten
/Vacatures
/Mensa
/Oude cursors
/pdf formaat
/TUE
/Zoeken:
/ Cursor nummer 0 nummer 4

jaargang 43, 28 september 2000


Reportage

Naamloos document Meten, zagen, schaven en boren voor tentoonstellingen

Tentoonstellingen bouwen/

Gerard Verhoogt

Foto/Bram Saeys

ìTijdens tentoonstellingen kijk ik of er niets beschadigd is of de installaties nog werken en of er niets gestolen is. Dat is wel eens gebeurd tijdens een tentoonstelling over 750 jaar Eindhoven. We hadden allerlei snuisterijen, onder andere over de tabaksindustrie in Eindhoven. Ik had vitrines gemaakt, waaruit het bijna onmogelijk was iets te stelen. Totdat er iemand met een hengel kwam. Die heeft hier heerlijk prijs staan vissenî, vertelt Brian Derksen, tentoonstellingsbouwer bij Studium Generale. Momenteel werkt hij aan de lustrumtentoonstelling van ThÍta, ëInvisible Exposition, The sound of soundí.

Naamloos document Brian Derksen (1947) bouwt al sinds 1979 tentoonstellingen. Waren het er vroeger zoín twintig per jaar, nu zijn het er veel minder. Maar ze zijn wel veel groter en gecompliceerder.

Wat komt er allemaal kijken voor een tentoonstelling geopend kan worden?

Derksen: ìThe sound of sound is een tentoonstelling voor het lustrum van ThÍta. Vijftien jaar geleden kwam een groep studenten voor het eerst met Studium Generale praten over een tentoonstelling, tien jaar geleden gebeurde dat weer en vijf jaar geleden nog eens. Toen hebben we een stuk kanaal nagebouwd, inclusief water waarin diaís geprojecteerd werden. Maar meestal komt de tentoonstellingscommissie van Studium Generale zelf met een idee.î

Derksen is ook betrokken bij het bespreken van de vorm van de tentoonstelling. Samen met tentoonstellingsmaker Leopold Manche en bijvoorbeeld de kunstenaar bepaalt hij de uiteindelijke vorm. Daarna kan Derksen daadwerkelijk aan de slag: constructietekeningen maken, materiaal bestellen, meten, zagen, schaven, boren, de draagconstructies lijmen en schroeven, profielen bevestigen, haakjes en doeken ophangen, een akoestische laag aanbrengen, het werk uitlichten en oude panelen een nieuw verfje geven.


Brian Derksen aan het werk voor een nieuwe tentoonstelling

Kwantummechanica

Heeft Derksen een speciale opleiding gehad voor dit werk?

ìVoor ik bij de THE kwam, werkte ik als etaleur bij de Hema. Toen ik de moederhavo ging doen, nam ik daar ontslag, omdat ik halve dagen naar school ging. Ik kon bij Studium Generale als vervanger aan de slag. In het begin met een contract voor drie maanden, zodat ik kon werken en studeren. Daarna ben ik op zaterdag de (deeltijd)lerarenopleiding geschiedenis in Tilburg gaan doen. Dat kon ik mooi combineren met Studium Generale. Dus een speciale opleiding heb ik niet echt gevolgd.î

Waar houdt hij in zijn werk allemaal rekening mee?

Derksen: ìJe let vooral op de veiligheids- en brandweereisen. En de eisen die de tentoonstelling zelf stelt. Volgend jaar maken we een tentoonstelling over kwantummechanica en dan moet je het onderwerp in feite aan anderen uitleggen, ook met de vorm van de presentatie. Dan speelt ook de vraag ëVan welk beginniveau ga je uit, wie is je doelgroep?í heel sterk.î

Hoogstandjes

Hij vervolgt: ìJe kunt wel veel voorbereiden, maar dat lukt niet altijd, zoals voor de tentoonstelling over interactieve kunst, ëArt in Outputí, die in november van start gaat. Ik heb de installaties niet gezien dus moet ik het hebben van beschrijvingen of fotoís. Maar daarop zie je niet wat er allemaal moet gebeuren voor het er staat. En ik weet nog niet welke technische hoogstandjes er bij komen kijken. Voor ÈÈn installatie moet ik op de loopbrug een tunnel van acht meter lang en vier meter hoog maken. In het plafond van de tunnel worden achttien kabels gespannen van acht meter lang. Kabels van die lengte gaan snel slap hangen, dus die moet ik extra strak aanspannen, wat een enorme kracht op de hele constructie betekent. Het geheel moet heel stevig worden, want mensen moeten er veilig onderdoor kunnen. Je bedenkt wel een oplossing, maar je weet van tevoren nooit of het werkt, want je kunt het niet uitproberen. Het opbouwen loopt dan ook altijd uit, het werkt nooit zoals je het van tevoren had bedacht. Dan moet je het ter plekke aanpassen en hopen dat het werkt.î

Ook de veiligheidsvoorschriften komen wel eens in gedrang, zoals uit ÈÈn van de verhalen blijkt. Derksen: ìOp een tentoonstelling kwamen Belgische kunstenaars aanzetten met vier stalen profielen van vijf bij vijf bij vijf meter. Daar moest spiegelglas op komen, samen goed voor een ton aan gewicht. De beheerder van het Hoofdgebouw kwam er aan, net toen alles op zijn plaats stond. Hij pakte zijn centimeter en toen bleek dat het gevaarte 2,00 meter van de muur af stond en niet, zoals de voorschriften zeggen, 2,20 meter. De Belgen werden lijkbleek. Het was twee dagen voor de opening en ze zeiden: ëWat te doen?í Ik antwoordde: ëNiks.í We proberen te bluffen en als we pech hebben moeten we alles afbreken, maar dat moet nu ook. Een tijdje later zocht ik de beheerder weer op, toen hij in een betere bui was. Ik heb alles flink aangedikt en gezegd dat het geregeld was met een aantal autokrikken. Gelukkig geloofde hij me.î

Tegelzetter

Is een tentoonstelling wel eens afgeblazen?

ìŠÈn keer is er een deel niet doorgegaan. Een tentoonstellingsdatum kun je niet uitstellen. Dus vaak, bijna altijd eigenlijk, werk je ës avonds of in de weekenden door. Voor een tentoonstelling over de zwaartekracht moest ik een muur van vierhonderd vierkante meter twee keer schilderen. Daar ben je wel even mee bezig. Voor ëThe sound of soundí blijkt dat het schaven van de staanders veel meer tijd kost dan verwacht. En er zijn geen goede afspraken gemaakt met de loodsman van ThÍta, maar zoiets gebeurt altijd wel. Wat dat betreft is mijn werk net als dat van een stukadoor of metselaar. De tegelzetter krijgt alle eer, niet de metselaar die de muur recht bouwt en de stukadoor die zorgt voor een mooie muur. Dat voorbereidende werk zien weinig mensenî, vertelt Derksen.

Is er ook veel stress?

Derksen: ìSoms. En dat is niets voor mij, dan ga ik ouwenelen: tegen mensen aanpraten om zelf tot rust te komen. Dat vergeet je weer snel en gelukkig blijven vooral de leuke dingen hangen.î

Derksen heeft meer dan driehonderd tentoonstellingen gebouwd. Welke zijn hem het meest bijgebleven?

ìEen tentoonstelling tijdens de studentenprotesten in de jaren ë80. We hadden in de hal van het Hoofdgebouw een stalen huis gebouwd met kamers voor elk type student: het moederskindje, de wildebras en iemand die daar tussenin zit. De buitenkant was van karton, dus niet volgens de brandvoorschriften met planken plafonds. We hadden geen rekening gehouden met een bezetting en de plafonds waren er niet op berekend dat er mensen op zouden gaan staan en lopen. Er was grote paniek bij de bewaking: een bezetting, een huis dat niet aan de brand- en veiligheidsvoorschriften voldeed en studenten die door het dak heen konden zakken. Maar alles ging goed.î

Invalidentoilet

Spectaculair noemt hij ook, vooral door het gedoe erom heen, de tentoonstelling over Verkeer en Vervoer. Daar hoorde ook een elektrische wagen bij. Derksen: ìDie wagens trekken heel snel op. Als je gas geeft, is het alles of niks, vol gas dus, zowel achter- als vooruit. Toen Leopold de wagen uit de hal van het Hoofdgebouw wilde rijden, bleek hij in zijn achteruit te staan. Hij miste een groep bezoekers op een haar na, ramde de muur van het invalidentoilet, waarvan de tegelmuur aan binnenkant ontzet raakte. Zoín elektrische auto trekt net zo hard op als een BMW, alleen zitten sommige dingen van zoín prototype met plakband aan elkaar. Toen ik een keer mee reed op de openbare weg moest ik me vasthouden aan het dashboard, dat ik even later in mijn hand hieldî/.














Website Cursor