spacer.png, 0 kB
Volg Cursor via Twitter Volg Cursor via Facebook Cursor RSS feed
spacer.png, 0 kB

spacer.png, 0 kB



Cursor in PDF formaatCursor als PDF
Special Cursor 50 jaarSpecial Cursor 50 jaar
PrintE-mail Tweet dit artikel Deel dit artikel op Facebook

Rekencluster Scheikundige Technologie op thuisbasis

16 april 2010 - Het facultaire rekencluster  van Scheikundige Technologie (ST) is vrijdagochtend 16 april geïnstalleerd in de kelder van Laplace. De keten van servers stond eerder een jaar lang op de Technische Universiteit Delft omdat de nieuwe ruimte  in Eindhoven nog niet klaar was. Het rekencluster wordt volgens de meest duurzame methode gekoeld en heeft daardoor een veel lager energieverbruik. De capaciteitsgroepen van ST die de servers voor hun onderzoek benutten, hebben nauwelijks hinder ondervonden van de verhuizing, zegt coördinator ICT Han Verbiesen.

Op het eerst oog lijken het meer dan manshoge koelkasten waar kleine  lichtjes opflikkeren. Hier en daar liggen nog stekkers en kabels op de vlekkeloze vloer. In de kelderruimte van Laplace zoemen de servers van het rekencluster van ST zachtjes voort. Geflankeerd door eent rekencluster van de faculteit Natuurkunde dat eerder deze week naar de nieuwe  ruimte is overgebracht.

Toen het oude rekencluster van ST na vijf jaar dienst in 2009 werd vervangen, bleek er in het Helix gebouw geen geschikte ruimte om de nieuwe servers te herbergen. “We zouden dan grondig moeten verbouwen. Het was eenvoudiger om ze tijdelijk in Delft neer te zetten. Dankzij het snelle netwerk van 3TU merken de onderzoekers daar niets van”, aldus Verbiesen.

Omdat binnen 3TU alle toepassingen uniform zijn, is het eigenlijk niet meer dan uit- en inpluggen. Hoewel, om 112 processoren over te hevelen van de ene naar de andere universiteit is toch geen alledaagse klus. Na twee dagen intensief werken, draait echter alles weer als vanouds.

Met de verhuizing van de rekenclusters van Natuurkunde en Scheikundige Technologie, komt de centrale huisvesting van de rekenclusters weer een stap dichterbij. De dienst ICT en de Dienst Huisvesting streven naar een grote energiezuinige locatie in plaats van de huidige kleine inefficiënte ruimtes die beperkt zijn qua vermogen.

Het rekencluster van ST kost anderhalve ton en is over vijf jaar afgeschreven. Om de kosten terug te verdienen, betalen capaciteitsgroepen van de faculteit naargelang het gebruik. In geval dat er een wachtrij ontstaat, krijgen de kleinere opdrachten voorrang om de doorstroming optimaal te houden.

Hoewel onderzoekers via SARA Reken- en Netwerkdiensten in Amsterdam gratis rekencapaciteit tot hun beschikking hebben, is de verwachting van de dienst ICT dat steeds meer mensen van de TU/e  gebruik zullen maken van de rekenclusters in Eindhoven. “Wie in Amsterdam gaat rekenen, moet eerst een onderzoeksvoorstel schrijven. Op basis daarvan wordt er computercapaciteit ter beschikking gesteld door de Nationale Computer Faciliteiten, een stichting van de Nederlandse organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO). Dat betekent dus veel bureaucratische rompslomp. In Eindhoven rekenen gaat veel sneller”, lacht Verbiesen.(FvO)