/Voorpagina
/Nieuws
/Mensen
/Achtergrond
/Academie
/Onderzoek
/Opinie
/Reportage
/Bestuur
/Cultuur
/Studentenleven
/Ruis
/Harmpje
/Colofon
/Vacatures
/Mensa
/Oude cursors
/pdf formaat
/Faculteits Berichten
/Zoeken
/TUE
/ Cursor nummer 1

jaargang 42, 9 september 1999


Academie

De verbrandingsmotor blijft nog even onder ons

Of we in de nabije toekomst allemaal in elektrische autos rondrijden waagt prof.dr.ir. Rik Baert te betwijfelen. Baert bezet sinds enige tijd de leerstoel Verbrandingsmotoren. In maart sprak hij zijn intreerede uit. Baert voorziet eerder de verdere ontwikkeling van hybride motoren en een optimalisatie van de bestaande verbrandingsmotor.

Drie dagen per week is Rik Baert te vinden in zijn kamer op de TUE. De rest van de week spendeert hij in Delft waar hij werkt bij TNO Automotive, de tak van TNO die zich bezighoudt met consultancy aan en onderzoek in opdracht van motorfabrikanten. Als research manager van de afdeling Verbrandingsmotoren stuurt Baert de richting die deze groep inslaat met onderzoek en samenwerkingsverbanden. Een ideale combinatie, vindt Baert. Ik ondervind bij TNO waar de industrie behoefte aan heeft. Andersom ken ik eveneens de nieuwste ontwikkelingen op onderzoeksgebied waar ik als research manager veel aan heb. Ik ben van mening dat mijn banen elkaar versterken. Als ik alleen aan de universiteit zou zitten, zonder contact met TNO, zou ik misschien gaan zweven. Het gevaar bestaat dat je in dat geval enkel die zaken gaat onderzoeken die je zlf interressant vindt. Of waar anderen over publiceren, en dus reeds een belangrijke voorsprong hebben. Ik zou niet willen dat ik jarenlang werk aan een onderzoek waarvan je achteraf hoo rt dat niemand er op zit te wachten hoewel het wetenschappelijk fantastisch is. Ik ben nu in een positie waarin ik kan zeggen: dit is nuttig, als je toch een keuze moet maken kun je op dit ogenblik het beste dt onderzoek doen. Beide banen versterken elkaar.

Baert studeerde aan de universiteit in Gent waar hij in 1979 afstudeerde als burgerlijk wertuigkundig-elektrotechnisch ingenieur. Daarna werkte hij enige tijd als research assistant aan de universiteit van Manchester, een van de belangrijkste universiteiten op motorgebied. Begin jaren tachtig deed hij vervolgens in Gent onderzoek naar het verbrandings- en ontstekingsgedrag van zware scheepsdieselbrandstoffen en werkte achtereenvolgens voor de TU in Delft, DAF en TNO.

Ik geloof niet dat de toekomst van de auto elektrisch is, zegt Baert. Het kostenaspect is bepalend, denkt Baert: Bij autofabrikanten gaat het om elk dubbeltje en nieuwe technologien zijn voorlopig een factor twee of meer duurder dan de bestaande technieken. Wat uiteindelijk telt is wat de consument moet betalen. De verbrandingsmotor verdwijnt voorlopig dus nog niet. Dat wil niet zeggen dat de motor zelf niet aan behoorlijke veranderingen onderhevig is. Hij wordt steeds complexer en flexibeler, legt Baert uit. Je ziet bijvoorbeeld dat het moment waarop de brandstof ingespoten wordt, variabel wordt. Wellicht wordt binnenkort ook de kleppentiming afhankelijk gemaakt van zaken als belasting (koppel) en toerental van de motor. De motor wordt in de gaten gehouden en bestuurd door regelsystemen die alle functies nauwlettend bewaken.

Baert is van mening dat de universiteit een behoorlijke bijdrage aan de ontwikkeling van dit soort slimme motoren kan geven. Het fijnstemmen van dit soort motoren gaat gepaard met heel veel tests. Wij dragen onder meer bij aan de ontwikkeling van modellen die het gedrag van deze motoren proberen te vangen. Dat is goed voor het begrip en versnelt het ontwikkelingsproces. Verder zou je je voor kunnen stellen dat een aantal van deze modellen ook onder de motorkap ingebouwd wordt. Het model berekent, afhankelijk van zaken als bijvoorbeeld buitentemperatuur, belasting en toerental de optimale instellingen voor de motor. Naast de slimme klassieke motor ziet Baert veel in hybride modellen die elektriciteit en fossiele brandstoffen combineren. Ook de brandstofcel is een optie. Uiteindelijk zal de consument uit een aantal verschillende mogelijkheden kunnen kiezen, en zullen economische aspecten de doorslag geven. Op korte termijn hangt het vooral van de wetgever af hoe snel en voor welk soort toepassing de verschi llende alternatieve aandrijfsystemen een kans krijgen. Baert blijft realistisch: We moeten er rekening mee houden dat de klassieke verbrandingsmotor nog wel een behoorlijke tijd onder ons blijft. Dat is overigens een mening die je tegenwoordig steeds meer begint te horen. /.

Het was een hele tijd, maar nu is het voorbij

Ruim veertig jaar werkzaam zijn aan een en dezelfde wetenschappelijke instelling, en dat in de functie van onder meer hoogleraar, decaan en rector. Dat zal zelfs wereldwijd maar zeer sporadisch voorkomen. Vrijdag jongstleden sloot prof.dr. Jack van Lint echter zon indrukwekkende carrire af en ruim zeshonderd mensen waren afgekomen op zijn afscheidscollege.

Van Lint, die zichtbaar gemotioneerd achter het katheder stond, stak van wal met de verzuchting: Het was een hele tijd, maar nu is het voorbij. Daaropvolgend keek hij terug op zijn laatste twee jaar aan de TUE, die hij doorbracht bij het Stan Ackermans Instituut in de functie van directeur. Toen hij binnenkwam bij de ontwerpersopleidingen liepen de aanmeldingscijfers daar gestaag terug. Op dit moment zit er weer een duidelijke stijgende lijn in. Van Lint was blij daar aan meegeholpen te hebben, te meer daar het instituut de naam van initiator professor Stan Ackermans draagt, de in maart 1995 overleden oud-rector , waarmee Van Lint bevriend was.

Zonder valse bescheidenheid herinnerde Van Lint zijn gehoor er ook aan dat een verblijf van hem in de Verenigde Staten bij Bell Laboratories er voor gezorgd had dat de TUE-faculteit Wiskunde en Informatica nu zon prominente plaats innam op het gebied van de discrete wiskunde en de coderingstheorie. Door middel van een simpel voorbeeld maakte de oud-rector nog eens duidelijk waar het bij de coderingstheorie om draait en dat het hierdoor mogelijk is om cds te beluisteren en om fotos van bijvoorbeeld de maan en Mars goed te kunnen bekijken.

Ook brak hij nog eenmaal een lans voor goede sportfaciliteiten. Van Lint, zelf een gedreven zwemmer: Een actieve deelname aan sport is zeer bevorderlijk voor betere studieprestaties. Hij was blij dat binnenkort ook een zwembad op het TUE-terrein komt. Deze kwestie speelde ook al in de jaren 60, toen werd echter gekozen om het geld te investeren in het orgel. Daar heeft de TUE nauwelijks iets aan gehad, kon hij niet nalaten op te merken.

Als representant voor al degenen aan wie hij dank verschuldigd is voor de afgelopen veertig jaar, noemde hij professor Seidel, die hem in 1959 naar de Technische Hogeschool haalde. Van de TUE ontving Van Lint uit handen van rector Martin Rem een beeldje voorstellende de universiteit en de dynamische omgeving waarin zij zich beweegt.

De Leidse oud-rector en theoloog professor Leertouwer richtte ook nog enige woorden tot Van Lint. Leertouwer zag een afscheidscollege als de begrafenis van de desbetreffende hoogleraar en men had hem waarschijnlijk uitgenodigd om als een soort dominee op te treden. Van Lint gaf aan het daarmee niet eens te zijn: Maandagochtend zal ik hier gewoon weer binnenwandelen. /.

/Alle faculteiten

Het college 0B060 Technische Economie voor W/N/E wordt niet in het Herfsttrimester maar in het Lentetrimester gegeven.

Het college Geofysische Stromingsleer (3T250) wordt dit jaar in een blokvorm van 4 achtereenvolgende dagen gehouden: van dinsdag 9 t/m vrijdag 12 november. Het gelijknamige practicum (3T253) wordt - in overleg - zoveel mogelijk aansluitend aan het college gepland. Opgave bij het secretariaat Transportfysica (Cascade 2.18, tel. 3110). Info: bij de docenten: Prof. GertJan van Heijst (Cascade 2.17, tst. 2722) en dr. Herman Clercx (Cascade 2.15, tst. 2680).

/Promoties

Op vrijdag 10 september om 16.00 uur promoveert mw. Ir. W.H.M. Raaymakers (TM) in promotiezaal 4 van het auditorium op haar proefschrift Order Acceptance and Capacity Loading in Batch Process Industries.

Op maandag 13 september om 16.00 uur promoveert ir. A. Mawira (E) in promotiezaal 4 van het auditorium op zijn proefschrift Variability of Monthly Time Fraction of Excess of Atmospheric Propagation Parameters.

Op dinsdag 14 september om 16.00 uur promoveert ir. J.P. Warners (WSK/I) in promotiezaal 4 van het auditorium op zijn proefschrift Nonlinear Approaches to Satisfiability Problems.

Op woensdag 15 september om 16.00 uur promoveert drs. T.A. Arentze (B) in promotiezaal 4 van het auditorium op zijn proefschrift A Spatial Decision Support System for the Location Planning of Retail and Service Facilities.

Op woensdag 15 september om 16.00 uur promoveert J. Garas, M.Sc. (E) in promotiezaal 5 van het auditorium op zijn proefschrift Adaptive 3D Sound Systems.

/Eindvoordracht

Op vrijdag 17 september om 13.30 uur houdt drs. M. Maasland (SAI/Wiskunde voor de industrie) in HG 6.05a zijn eindvoordracht Optimal Sinusoidal matching of audio signals: an embedded tracking Mechanism.

/Diploma-uitreiking TULO

Op donderdag 9 september om 16.00 uur krijgen 12 geslaagden van de lerarenopleiding hun diploma in de van Trierzaal, BG.

/.














Website