/Voorpagina
/Nieuws
/Mensen
/Achtergrond
/Academie
/Onderzoek
/Opinie
/Reportage
/Bestuur
/Cultuur
/Studentenleven
/Ruis
/Harmpje
/Colofon
/Vacatures
/Mensa
/Oude cursors
/pdf formaat
/Faculteits Berichten
/Zoeken
/TUE
/ Cursor nummer 1 nummer 3

jaargang 42, 2 december 1999


Cultuur

Untitled Document Poppenspeler brengt Molière tot leven

Sterven in het harnas, komiek Tommy Cooper overkwam het toen hij een hartaanval kreeg tijdens een voorstelling. Het publiek dacht dat het komisch bedoeld was en lag in eerste instantie in een deuk. Ruim driehonderd jaar eerder was het de Franse toneelschrijver en acteur Molière bijna overkomen.

Hij speelde in 1673 een hoofdrol in zijn eigen stuk, what’s in a name, ‘De ingebeelde ziekte’. Het bleek allerminst virtueel want Molière besefte door zijn hoestbuien heen, dat hij een beroerte kreeg. Waar het publiek bij Cooper zich blauw lachte, sloeg de stemming bij Molière om in ontzetting. Deze historische gebeurtenis is het uitgangspunt voor de voorstelling ‘Molière’, op 9 december te zien bij Studium Generale.

De tijd dat poppenspelers alleen voor kinderen optraden, ligt in Nederland al lang achter ons. Vooral Jozef van den Berg en Feike Boschma hebben het spel voor volwassenen zodanig ontwikkeld, dat poppen levende wezens worden en een eenheid vormen met de speler. Buitenbeentje en minder bekend is Australiër Neville Tranter (1955), leider van het Stuffed Puppet Theatre, dat hij in 1976 oprichtte. Twee jaar later kwam hij naar Nederland voor het Festival of Fools en hij is nooit meer weggegaan. Evenals zijn genoemde collega’s ontwikkelde hij het poppenspel verder en bracht het op een hoger niveau. Terwijl Van den Berg stopte met zijn ‘klassieke’ poppenspel en Boschma zijn

poëtische voorstellingen niet lang meer zal spelen, hij is bijna met pensioen, ontwikkelde de goedaardige Tranter de rauwe en aardse variant van het poppenspel. Dromen, angsten, illusies, de vaak levensgrote poppen van de meest uiteenlopende materialen (latex, rubber, eenvoudige doeken of kleden) vertolken het allemaal overtuigend, bespeeld door de meester zelf. Zo ziet Lodewijk de XIV er in ‘Molière’ uit als een barokke relnicht van latex. Vaak zijn de voorstellingen van het Puppet Theatre gebaseerd op persoonlijke ervaringen van Tranter, vertaald in een zelf gemaakt fantasiespel als ‘Underdog’ of in een klassiek drama als ‘Salomé’. Als homo werd Tranter op school vaak door bendes jongeren in elkaar geslagen, omdat ze hem weird vonden. Zijn vader was een alcoholistische tiran die zijn vrouw en kinderen regelmatig sloeg.

Roeping

‘In al mijn voorstellingen moet een strijd op leven en dood zitten. Met poppen is dat makkelijker dan met acteurs. Poppen kun je met stokken slaan, je kunt er extremer mee omgaan’, vertelt hij in diverse interviews. Hij leerde het poppenspel kennen toen hij op de toneelacademie hielp bij het afbreken van een decor en een pop over zijn hand liet glijden. Meteen wist hij dat hij zijn roeping had gevonden. In het begin verborg Tranter zich nog achter zijn poppen, nu is hij even zichtbaar als zijn ‘kinderen’ en vormen ze een twee-eenheid. Hij leerde het werk in restaurants en cafés, waar hij ook dronken en luidruchtige bezoekers moest zien te boeien.

Tranter combineert de aardse humor en bloedige ernst met een virtuoze techniek. Ook in ‘Molière’. Met de dood van de komiek begint de voorstelling, maar het gaat over veel meer dan dit gegeven alleen: over Molière zelf, het jatten van de Italiaanse Comedia dell’arte, over de rol van de komiek aan het hof van Lodewijk XIV, en natuurlijk over de liefde. Want waar ter wereld het Stuffed Puppet Theatre ook speelt, het gaat altijd over de liefde. Of het gebrek eraan, maar dat is natuurlijk hetzelfde thema. /.

‘Molière’ is 9 december om 20.00 uur te zien bij Studium Generale in de Blauwe Zaal. /.

Untitled Document De culturele top vijf van Dieter Wouters

Ex-stagiair Cursor

‘Music was my first love and it will be my last’. John Miles had het niet beter kunnen zeggen. Muziek is alles. Bij elke gebeurtenis in mijn leven die van zo’n belang is dat ze me is bijgebleven, hoort muziek. Dus is het ook niet verwonderlijk dat van de vijf culturele hoogstandjes in mijn nog jonge leventje, er vier onder de noemer muziek vallen.

Op de eerste plaats staat de filmmuziek van ‘Dances with wolves’ van John Barry. Deze met een Oscar bekroonde muziek is werkelijk fantastisch. Elk instrument komt er tot zijn recht: zelfs dwarsfluiten (die meestal niet mijn voorkeur hebben) passen wonderwel in het geheel. Diegene die de muziek van een film als Starwars het einde vinden, moeten maar eens de tijd nemen om naar dit kunstwerkje te luisteren en dan weet je meteen wat het is om ‘the force’ te hebben.

Dan een voorbeeld van hoe muziek een moment kan maken of kraken. Twee jaar geleden werd tijdens de begrafenis van een vriend het nummer ‘Troy’ van Sinead O’ Connor gespeeld. Voorheen had dit nummer me nooit geraakt, maar door het moment waarop ik het toen hoorde, vind ik het nu nog steeds één van de beste nummers ooit geschreven.

Op de derde plek in mijn top vijf staat Giora Feidman. Deze joodse klarinettist brengt Klezmer van de hoogste plank. Klezmer is dansbare, meestal vrolijke joodse volksmuziek. Ik heb ooit een optreden van hem gezien in Antwerpen. Op een schitterende manier betrekt hij het publiek in zijn voorstelling. Het hoogtepunt komt aan het einde van zijn optreden wanneer hij erin slaagt de hele zaal aan het zingen te krijgen. Als in een recensie staat dat hij de ‘beste klarinetist ter wereld’ is, is dat niet overdreven. Die man laat zijn instrument lachen, huilen, brullen en ontroeren. Echt de moeite waard!

Studio Brussel is nummer vier in mijn muziekgeladen top vijf. Dit is gewoon de beste zender die je via FM kunt ontvangen. Luisteren naar programma’s als de ‘Afrekening’ en de ‘MAXX’ behoren evenzeer tot mijn gewoonten als eten en drinken. Hier hoor je geen Ricky Martin of Backstreet Boys maar wel Kent, Manic Street Preachers, Arid en zelfs Leonard Cohen. Studio Brussel; moet je horen!

Voor mijn laatste culturele topper wijk ik af van het pad der muziek. Vroeger verslond ik boeken. En dan bij uitstek die van Thea Beckman. Vooral de reeks waar ‘Triomf van de verschroeide aarde’ en ‘Rad van Fortuin’ deel van uitmaakten, liet een diepe indruk op me achter. Het is door boeken als die van Thea Beckman dat ik besloot schrijver te willen worden en ook mijn eerste pogingen hiertoe heb gedaan. Nu is dat doel enigszins veranderd, maar het schrijven is er nooit meer uitgegaan./. /.

Untitled Document /AIDS en HIV in Afrika

Het stond vorige week nog in alle kranten: 1999 kent een record-aantal AIDS slachtoffers. En het ziet er naar uit dat het aantal slachtoffers de komende jaren niet afneemt. De ramp is nog niet te overzien. Vooral in Afrika slaan het virus en de ziekte hard en vaak toe, met gevolgen op onder meer sociaal, persoonlijk en demografisch gebied. Dr. P. Hebbinck, medewerker ontwikkelingssocio-logie aan de universiteit in Wageningen houdt hierover een lezing op woensdag 8 december, 11.45 uur in de Blauwe Zaal van het Auditorium.

/AOR films

In ‘I still know what you did last summer’, uiteraard het vervolg op ‘I know what you did last summer’, hebben Julie en haar nieuwe vriend een weekend op een eiland gewonnen. Maar onderweg daarheen valt de eerste dode al. Te zien op 7 december om 20.30 uur in Café Onderdruk. Op 2 december bezoekt die andere griezel, Sinterklaas, de AOR

/Cyber Cindy

in Plaza Futura

‘Mijn hemel, mijn lief, mijn stervende prooi’ is een heftig theaterstuk van Werner Schwab door Het Zuidelijk Toneel en de Eindhovense Academie voor Drama. Een kunstschilder krijgt succes en valt voor de vrouwelijke kunstcritica Cosima, wat het begin van zijn ondergang is. Een van de actrices is Cindy de Quant, die na haar optreden op de TUE in de Interactieve tentoonstelling van Studium Generale, beter bekend is als Cyber Cindy. Tot 9 december te zien in Plaza Futura , 20.30 uur.

/Kus van de Spinvrouw

Voor de derde keer in productie genomen: ‘De kus van de Spinvrouw’. In een cel zitten zowel een revolutionair (schitterende rol van Johan van Asche) als een verwijfde homo (even schitterend vertolkt door Steven van Watermeulen). Alleen vanavond, 2 december nog te zien, Stadsschouwburg, 20.15 uur.

/Golden Earring

Al 35 jaar is de Golden Earring actief in het muziekwereldje, en niet alleen in Nederland. Reden voor regisseur Rogier van der Ploeg om een documentaire over de groep te maken, waarin ook duidelijk wordt waarom de Earring nooit een blijvende topper in de States is geworden. Plaza Futura, t/m 8 december. /.














Website