/Voorpagina
/Mensen
/Nieuws
/Opinie
/Cultuur
/Studentenleven
/Achtergrond
/English page
/Onderzoek
/Reportage
/Bestuur
/Ruis
/Harmpje
/Colofon
/Vacatures
/Mensa
/Oude cursors
/pdf formaat
/Faculteits Berichten
/Zoeken
/TUE
/ Cursor nummer 2 nummer 8

jaargang 42, 23 maart 2000


Achtergrond

Untitled Document Biomassa: stroom uit hout, afval en mest

Biomassa/Brigit Span

Foto’s/Bram Saeys

Dat elk huis straks een eigen mini biomassa-installatie heeft voor stroom en warmtevoorziening is te ver doorgedacht. Dat biomassa –zoals snoeihout, mest en afval- een belangrijke bron van energie wordt in de toekomst, is wel duidelijk. De TUE houdt zich op verschillende faculteiten intensief bezig met dit onderwerp. In april start aan de TUE een programma op drie onderzoeksgebieden, onder meer gesubsidieerd door NWO/Novem.

Drie onderzoeksvragen liggen er waar antwoorden op moeten komen. Bij Elektrotechniek houden ze zich bezig met de vraag hoe teerdeeltjes kunnen worden verwijderd uit het gas dat vrijkomt bij de winning van energie uit biomassa. Dit gebeurt bij Elektro door gepulste corona; een reeks intense ontladingen die tot stand worden gebracht in een reactor. Door die ontlading door biogas te laten gaan, kunnen de vrijgekomen teerdeeltjes worden vernietigd. De faculteit Scheikundige Technologie onderzoekt de chemische mogelijkheden om het teer te verwijderen.

Een tweede vraag is hoe consumenten reageren op energie gewonnen uit biomassa. Professor dr. Cees Midden van TeMa houdt zich hiermee bezig. De laatste vraag is hoe energie uit biomassa het beste kan worden geïntroduceerd op de energiemarkt en of (en indien ja: hoe?) het kan concurreren met andere vormen van stroom. Dit onderzoek wordt uitgevoerd door TeMa met steun van de provincie Noord-Brabant en energiebedrijf Essent (voorheen Pnem). Hiernaast lopen nog verschillende onderzoeken, bijvoorbeeld bij Werktuigbouwkunde en Natuurkunde.

Al deze projecten worden deels gefinancierd door NWO/Novem (Nederlandse organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek en Nederlandse Onderneming voor Energie en Milieu). In totaal kost het programma 4,5 miljoen gulden, NWO/Novem draagt bijna een miljoen gulden bij.

Acceptatie biomassa

De hoogste prioriteit bij NWO heeft het project van professor dr. Cees Midden gekregen. Hij buigt zich met een AIO en een postdoc over de maatschappelijke acceptatie van biomassa als energiebron. Het gaat hierbij om een combinatie van bèta- en gamma-onderzoek; technisch onderzoek op de faculteiten Natuurkunde, Scheikundige Technologie, Werktuigbouwkunde en Elektrotechniek, en onderzoek naar consumentengedrag zoals dat plaats heeft bij de faculteit Technologie Management.

Het doel van het onderzoek van Midden is het vergroten van inzicht in de reacties van het publiek op energie uit biomassa. De nadruk ligt op denkbeelden van mensen hierover, hun gevoelens hierover en het verband tussen deze twee zaken.

Cees Midden: “Biomassa is een nieuwe energiebron die maatschappelijk niet onom-streden is. Het verbranden hiervan roept maatschappelijke conflicten op. Zo heeft het bouwen van een biomassa-installatie in een wijk al heftige en emotionele reacties opgeleverd. Biomassa wordt geassocieerd met het verbranden van afval en dat heeft een negatieve connotatie. Dat heb je bij het verbranden van snoeihout niet. Daarom concentreert Essent zich vooral hierop. Snoeihout is een natuurlijke voedingsbron waar niets mee is gebeurd en daarbij denken mensen niet aan afval.”

Behalve hout wordt er ook kippenmest en huishoudelijk afval verbrand. “Ik kan me voorstellen dat dat andere reacties geeft, want er zijn waarneembare verschillen, zoals geur en visuele effecten.“

Overigens verwacht Midden meer weerstand bij het verbranden van huishoudelijk afval dan bij kippenpoep. “Dat is een homogeen geheel. Huishoudelijk afval echter is heterogeen. Ik denk dat mensen daar eerder tegen te hoop lopen.”

De taak van Midden en de AIO en postdoc die het onderzoek doen, ligt in het analyseren van de stereotype reactie die mensen vaak geven op iets nieuws. “Een ander beeld van bijvoorbeeld kippenmest kan negatieve reacties voorkomen. Dat kun je doen door er een andere vorm aan te geven, zoals het verwerken tot korrels, maar ook door met communicatie een ander beeld geven. Communicatie speelt hier een heel belangrijke rol in.”

Volgens Midden moet er een onderscheid worden gemaakt tussen reacties gebaseerd op emoties en op het inhoudelijke vlak. “De vraag is hoe stabiel een oordeel van iemand is die wordt geconfronteerd met een nieuwe technologie, zoals biomassa. Het is belangrijk dat na te gaan. Mensen hebben vaak nog geen mening gevormd en komen met vrij zwakke oordelen, vaak op directe emoties gebaseerd. Zulke oordelen komen vaak via associatie tot stand. Afhankelijk van dat associatieproces kunnen oordelen positief of negatief uitpakken. Bijvoorbeeld de verbinding biomassa met het begrip afval creëert een negatief beeld, maar bij verbinding met duurzaamheid en gebruik van reststoffen, ligt het anders. Dit onderscheid gaat veel verder dan het gebruik van andere woorden. Technologieën kunnen floppen door de manier waarop ze een context krijgen. Het is daarom ongelofelijk belangrijk te begrijpen waarop publieksoordelen gebaseerd zijn. Als je dit niet doet, kan informatie heel onbedoelde gevolgen hebben. Ook het ontwerp speelt hierbij een belangrijke rol.” Midden noemt het multidisciplinaire onderzoek een ‘noviteit’. “Het gaat over de technische ontwikkeling en over de psychologische kant. De resultaten van dit perceptie-onderzoek leveren specificaties op voor het ontwerp van een technische installatie. Dat is echt een nieuwe ontwikkeling.”

Trots

De combinatie van gamma en bèta die de TUE in haar onderzoeksprogramma heeft, is volgens dr. ir. Lex Lemmens, hoofd van het centrum Technologie Duurzame Ontwikkeling (TDO) aan de TUE, het sterke punt. “Ik ben er best trots op, dit is een unieke situatie waar mensen de handen ineen hebben geslagen en met groot enthousiasme aan de slag zijn gegaan.” Het programma loopt op de faculteiten Natuurkunde, Scheikundige Technologie, Werktuigbouwkunde, Elektrotechniek en Technologie Management. “Multidisciplinair, maar iedereen heeft z’n eigen expertise”, aldus Lemmens.

Een bijzonder aspect aan de projecten die nu lopen, vindt Lemmens dat ze al waren begonnen voordat NWO/Novem vroeg onderzoeksvoorstellen te schrijven op dit gebied. “De verschillende faculteiten waren al bij elkaar gaan zitten en hebben een Biomassawerkgroep gevormd. Het eerste halfjaar hebben we elkaar rondleidingen gegeven en verteld wat we precies doen. Daaruit bleek dat we samen een aardig compleet onderzoeksprogramma hadden, wel met wat gaten. Zo hadden we nog geen bestuurlijke kant of beleidskant erin zitten. We hebben een groot programma gemaakt en toen kwam NWO/Novem. Dat was een schot in de roos voor ons, want zowel gamma als bèta was hiermee bezig en dat was een eis van NWO.”

Muur optrekken

Een ander probleem bij energie uit biomassa is de introductie op de energiemarkt. Hiermee is de bestuurlijke, beleidsmatige kant in het programma gekomen. Lemmens: “Een nieuwe techniek introduceren betekent altijd opboksen tegen de gevestigde orde. Daarom moet je nadenken over een manier om je kansen te vergroten. Dat kan via niche-management. Je trekt als het ware een tijdelijke muur op om de technologie te beschermen en probeert het zo rustig op de markt te laten komen. Dat kan door bijvoorbeeld tijdelijke subsidie, een tijdelijke hinderwetvergunning waarin ruimte is voor experimenten of snellere acceptatie van het publiek door de omgeving mee te laten profiteren. Ik denk daarbij aan stroom uit biomassa voor de wijk waar de installatie staat. Je kunt de wet een beetje ombuigen door middel van niche-management om biomassa te laten wortelen in de maatschappij en markt. Ik vind het heel apart om te zien hoe het publiek hierop gaat reageren en of deze techniek geaccepteerd wordt. Wij hopen in ieder geval iets te leveren waar de maatschappij iets mee kan.”

Dit project is zeker niet het laatste op het gebied van duurzame energie, voorspelt Lemmens. “Als deze multidisciplinaire opzet ons bevalt, gaan we verder met zonne-energie. Daar zijn al verschillende faculteiten mee bezig.”

Biomassa wordt door veel mensen aangeduid als de energie van de toekomst. Maar dat elk huis straks een eigen installatie heeft om dit te verbranden of vergassen en zo in zijn eigen stroom voorziet, is te ver gedacht, zegt ir. Klaas Koppejan, hoofd van het Informatie Centrum Biomassa in Apeldoorn. “Het is waarschijnlijker dat dat op grote schaal blijft gebeuren. Je moet tenslotte zicht blijven houden op wat er bij verbranding wordt uitgestoten en de atmosfeer in gaat. Dat gaat moeilijk als iedereen zo’n installatie in eigen beheer heeft.”/.

Untitled Document Het belang van biomassa

Wat is biomassa? Van Dale omschrijft het als ‘een totale hoeveelheid of gewicht van een verzameling organismen in een bepaalde biotoop’. Biomassa is plantaardig materiaal, bijvoorbeeld snoeiafval, dunningshout uit bossen, rest- en afvalhout uit de industrie,

groente-, fruit- en tuinafval, zuiveringsslib, agrarische restproducten zoals stro en mest of speciaal voor deze opzet geteelde gewassen. Hierbij kan worden gedacht aan wilgen, populieren, hennep of olifantsgras.

Bio-energie, energie opgewekt uit biomassa, is sterk in ontwikkeling. Het is een vorm van hernieuwbare energie, van een onuitputtelijke bron. Het wordt in Nederland beschouwd als een belangrijke bron van duurzame energie voor de komende vijftig jaar. De doelstelling van de overheid is om in het jaar 2020 tien procent van de energie uit duurzame bronnen te halen.

De toename van CO2 in de atmosfeer wordt gezien als het belangrijkste milieuprobleem van deze tijd. Energieproductie uit fossiele brandstof leidt tot een toename van dit probleem. Het is zaak duurzame energie te vinden die minder kooldioxide uitstoot en zo de opwarming van de aarde (broeikaseffect) binnen de perken houdt. Duurzame soorten energie, zoals zonne-energie, wind, water en biomassa zullen op termijn fossiele brandstoffen zoals kolen en olie vervangen. Momenteel zitten we in een overgangsfase waarin het energie winnen uit biomassa langzaam op gang komt. Het wordt vaak bijgestookt in bestaande centrales, maar op lange termijn moet biomassa op zichzelf staan.

De voordelen van bio-energie:

+ De fossiele brandstoffen die nu worden gebruikt voor energieopwekking raken op. Verwacht wordt dat het energieverbruik in de wereld in het jaar 2020 met minimaal vijftig procent en misschien zelfs met honderd procent zal zijn toegenomen ten opzichte van 1990. Hierdoor dreigen de voorraden olie en gas binnen enkele decennia uitgeput te raken. De voorraad kolen is nog voldoende voor ongeveer tweehonderd jaar. Biomassa is onuitputtelijk.

+ Bij het verbranden of vergassen van biomassa wordt veel minder CO2 uitgestoten, dat het broeikaseffect veroorzaakt. Het heeft een zogenoemde korte CO2-kringloop. Er komt wel CO2 vrij, maar dat is eerder door het organisch materiaal uit de lucht gehaald om te groeien. Per saldo komt er geen extra koolstofdioxide in de atmosfeer terecht.

+ Reststoffen die er toch al zijn, worden nuttig gebruikt als energie.

+ Bio-energie is relatief gemakkelijk in te passen in de bestaande energievoorziening, omdat het in vaste of vloeibare vorm kan worden opgeslagen en er deels gebruik kan worden gemaakt van bestaande installaties die voor fossiele bronnen zijn ontwikkeld.

Op dit moment wordt in Nederland vooral hout verbrand of vergast voor het opwekken van bio-energie. Er zijn plannen om ook dierlijke mest te gaan verbranden voor energie.

Enkele lopende initiatieven van bio-energie in Nederland zijn:

+ Verbranding van resthout door Hout Industrie Schijndel; dit levert 0,9 Megawatt op. 1 Megawatt voorziet een paar honderd huishoudens van elektriciteit.

+ Verbranding snoeihout door Essent in Cuijk; 24 MegaWatt.

+ Verbranding van hout bij Amercentrale in Geertruidenberg. Hier wordt hout meegestookt met kolen; dit levert 30 MegaWatt op.

Er zijn een paar initiatieven om mest van dieren te gaan verbranden, bijvoorbeeld in Moerdijk of in de centrale op de Maasvlakte waar het in de planning zit om kippenmest te gaan verwerken tot duurzame energie./.














Website