/Voorpagina
/Mensen
/Nieuws
/Opinie
/Cultuur
/Studentenleven
/English page
/Reportage
/Bestuur
/Ruis
/Harmpje
/Colofon
/Vacatures
/Mensa
/Oude cursors
/pdf formaat
/Faculteits Berichten
/Zoeken
/TUE
/ Cursor nummer 3 nummer 2

jaargang 42, 20 april 2000


Bestuur

Untitled Document “Is meneer Jansen weer beter? Was hij ziek dan?”

Al jaren liggen de cijfers voor het ziekteverzuim op de TUE onder het landelijk gemiddelde. Het getal schommelt hier rond de vier procent, landelijk rond de vijf ŕ zes procent. Is de TUE, of beter gezegd universiteiten in het algemeen, zo’n perfecte werkplek of spelen andere factoren een rol? Cursor sprak hierover met vakbondvertegenwoordiger ing. Martin Van Gessel en met drs.ing Jos Hermus, hoofd Personeel en Organisatie. Dr. Jan Dijkstra vertelt over het wegwerken van veel vakantiedagen en de daarmee gepaard gaande stress.

Ziekteverzuim/Gerard Verhoogt

Illustratie/ Paul Weehuizen

Untitled Document Bonden bepleiten lange termijn politiek

”Dat het ziekteverzuim op de TUE onder het landelijk percentage ligt zegt me op zich niets, zo’n cijfer moet je interpreteren. Zo zijn de onderlinge verschillen op de TUE erg groot: van 1,5 procent bij het Stan Ackermans Instituut tot 8,9 procent bij het Facilitair Bedrijf. In de dienstensector zijn dus meer mensen ziek dan bij Onderwijs en Onderzoek”, stelt ing. Martin van Gessel, vertegenwoordiger van de vakbond CFO. Hij pleit voor een lange termijn visie.

Voor ziekteverzuim onderscheidt Van Gessel drie oorzaken: fysieke, (de jaarlijkse griepepidemie); arbeidgerelateerde ziektes (stress, RSI) en privé-problemen. Winst valt vooral te halen uit de tweede oorzaak. Van Gessel: “Meestal ontstaan arbeidgerelateerde ziektes door medewerkers onder druk te zetten. Het gevolg: mensen lopen te lang door voor ze zich ziek melden of beginnen weer te snel. Als ze dan wéér ziek worden, zijn ze veel langer uitgeschakeld. Die korte termijn politiek levert eerst een daling van het ziekteverzuim op, later juist niet. En vergeet daarbij niet dat Nederland al een van de productiefste landen ter wereld is.”

Niet serieus

Lage cijfers duiden ňf op een perfecte arbeidssituatie ňf op slechte registratie. Van Gessel: “Bij een heel strakke controle, zoals bij het FB, krijg je pas het echte beeld te zien. Bij het FB is veel stress, niet alleen door de AVA-operatie, maar ook door de daaraan voorafgaande veranderingen. Door die combinatie hebben mensen niet het gevoel dat ze serieus wordengenomen. Juist dat is een belangrijke voorwaarde voor stress. Ook al omdat het ‘grijze verzuim’ - af en toe even lekker met je voeten op tafel liggen- steeds minder wordt geaccepteerd, terwijl dat ook nodig is.”

Het personeel bij Onderwijs en Onderzoek daarentegen geniet veel vrijheid, zoals bedrijfsarts Ben Martens eerder zei in een interview in Cursor 14. Ze kunnen hun werk en de werktijden grotendeels zelf indelen en dat voorkomt negatieve stress.

Van Gessel: “Stress is op zich geen reden tot verzuim, het kan zowel positief als negatief werken, afhankelijk van de hoeveelheid en van de omstandigheden. Ziek zijn is ook een goede escape tegen stress, dan ben je er gewoon even niet. Mijns inziens kun je om stress tegen te gaan beter de arbeidsomstandigheden verbeteren en mensen meer eigen verantwoordelijkheid geven.” /.

Untitled Document P&O: aandacht voor preventieve maatregelen

”De cijfers wijzen allemaal in dezelfde richting: het ziekteverzuim op de TUE -en universiteiten in het algemeen- ligt onder het landelijk gemiddelde”, constateert drs.ing Jos Hermus. De verklaring hiervoor ligt volgens hem in de registratie, gecombineerd met de grote arbeidssatisfactie van het personeel bij Onderwijs en Onderzoek. Desondanks ijvert hij voor meer preventief beleid.

Hermus: ”Bij P&O ervaren we verkeerde registratie alleen als medewerkers vergeten zich beter te melden. Maar dit zou ertoe moeten leiden dat het verzuim juist hoger is, en dat is niet het geval. Anderzijds veronderstellen we dat er mensen zijn die zich helemaal niet ziek melden. Telefoongesprekken als ‘Is meneer Jansen weer beter? Was hij ziek dan?’ zijn niet zeldzaam. Wie zich niet ziek meldt missen we ook niet, die staat niet in de cijfers. Er is weinig controle op afwezigheid, waardoor faculteiten nauwelijks zieken missen. In een productieomgeving wordt direct opgemerkt; wie dagelijks duizend stenen moet metselen wordt al snel gemist.”

Faculteiten gebruiken geen prikklok, een zieke kan best een tijd onopgemerkt blijven. Collega’s denken dat hij naar een congres of cursus is, terwijl hij thuis met zijn laptop in bed met iedereen communiceert. Dus de buitenwereld ziet hem evenmin als ziek. Hermus: “Ben je in zo’n geval echt ziek? Of half ziek? Wij zijn dan net niet genoeg ambtenaar om ons half ziek te melden.’

Hij vervolgt: “Dat medewerkers bij Onderwijs en Onderzoek zelf hun tijd in kunnen delen en vormgeven, zorgt mede voor een grote arbeidssatisfactie.”

Logischerwijs is dus de conclusie dat het grote verzuim bij het FB daarmee te maken heeft. Hermus, voorzichtig: “Daar hanteren ze ook een strikte registratie. Maar die verklaring is niet afdoende, dus de werkdruk zal er mede debet aan zijn.”

Ondanks de fraaie cijfers wil Hermus meer preventief gaan werken aan het ziekteverzuim: “Daar ligt echter een paradox. Hoe maak je duidelijk dat dit nodig is als leidinggevenden dit probleem niet ervaren? Het ziekteverzuim ligt immers onder het landelijk gemiddelde, dus ik kan een leidinggevende niet met cijfers overtuigen. Ook zijn manier van leiding geven speelt natuurlijk een rol bij het ziekteverzuim: de betrokkenheid naar het personeel, naar de werksituatie, een blijk van interesse bij ziekte. Het is moeilijk precies aan te geven, maar er is natuurlijk een verschil tussen een ‘dictator’ en een leidinggevende ‘die het allemaal koud laat’. Het gaat juist om de goede balans daartussen.”/.

Untitled Document ’Hoe meer vakantie, hoe beter de gezondheid van werknemers’, daarop is de nieuwe verlofdagenregeling van de TUE gebaseerd. Volgens dr. Jan Dijkstra van de faculteit Wiskunde geldt dat niet voor iedereen. “Zoals voor perfectionisten. Die zijn zó met hun vak bezig dat ze alleen maar denken aan de cursussen, het onderzoek dat afmoet, etcetera. Verlofdagen komen later wel. Een aantal medewerkers bouwde zo meer dan tweehonderd verlofdagen op, die ze nu in vijf jaar moeten afbouwen. Dat idee alleen al maakt sommigen van hen overspannen, terwijl ze nooit ziek waren.”

Voor een aantal medewerkers ziet Dijkstra een oplossing: ze zitten tegen hun pensioen aan, gebruiken verlofdagen voor een sabattical of gaan vier dagen werken. “Maar”, vervolgt hij, “anderen hebben een groot probleem. Als ze thuis zitten vragen ze zich alleen maar af hoe de invaller het doet.”

Om tweehonderd dagen weg te werken moeten medewerkers, naast hun gewone verlofdagen, jaarlijks veertig dagen opnemen om hun verlofdagen weg te werken. Samen zo’n 75 verlofdagen per jaar.

Dr. Tom van Erven, klinisch psycholoog en onderzoeker, werd door Dijkstra benaderd met de vraag: kunnen deze mensen ziek worden bij het wegwerken van zoveel verlofdagen? Van Erven: “Een aantal zoekt zelf een oplossing. Anderen denken: ‘75 dagen, dat lukt nooit’. Als je die groep gaat dwingen, heb je veel stressfactoren te pakken. Van dit groepje zal een aantal alsnog ‘aan de wet voldoen’. Anderen blijven zich verzetten en lopen grote kans op nog meer stress. Als die ziek worden ben je ze echt lang kwijt.”

Volgens Hermus kunnen werknemers vrijwillig best afzien van de verlofdagen. “Als het maar binnen de wettelijke kaders blijft. Wettelijk moet iedereen twintig dagen per jaar vrij nemen. Wie wil mag afzien van de overige vakantierechten. Maar daar staat geen enkele vergoeding tegenover, want daar hebben we die nieuwe regeling juist voor getroffen.”/.














Website