/Voorpagina
/Mensen
/Nieuws
/Opinie
/Cultuur
/Studentenleven
/Achtergrond
/English page
/Onderzoek
/Reportage
/Bestuur
/Ruis
/Ranzigt
/Colofon
/Faculteits Berichten
/Vacatures
/Mensa
/Oude cursors
/pdf formaat
/TUE
/Zoeken:
/ Cursor nummer 1 nummer 3

Jaargang 44, 6 december 2001


Reportage

Untitled Document

Grafisch Atelier Daglicht heeft zijn draai gevonden

Daglicht/Gerard Verhoogt
Foto's/Maarten van Loosbroek
"Toen we hier kwamen, hadden de kunstenaars iets van: 'Hier ligt een nieuw vloerkleed dat je niet vuil mag maken'." In de Baarsstraat, waar Grafisch Atelier Daglicht (GAD) eerst zat, waren ze gewend aan rommel. Maar als het regende, liep de kelder onder water, werd het papier drijfnat, droogde de inkt niet en liepen de machines vast. "Het was eigenlijk geen doen. Ook werden de milieueisen steeds strenger, dus verhuizen was noodzakelijk", zegt GAD-voorzitter Sophie Gobits. Het had veel voeten in de aarde, maar sinds dit jaar is het GAD in het Meulensteen Art Centre op de TU/e-campus gehuisvest. En het vloerkleed is inmiddels goed vuil geworden.

 

Bij binnenkomst valt meteen de indringende inktgeur op, soms begeleid door de herrie van etsplaten die afgespoeld worden. Het enorme atelier staat vol met verschillende soorten persen, rekken met poetsdoeken, papierrollen, stenen, spiegels, tubes met verf en inkt en stellages om het vaak grote drukwerk te laten drogen.
GAD-voorzitter Sophie Gobits: "Eind jaren zeventig kraakten kunstenaars een pand aan de Baarsstraat. Daar, in de Fabriek, kwamen ze uit het isolement van hun atelier. Als ze dat tenminste hadden. Ze organiseerden niet alleen projecten, maar wilden ook een tijdschrift uitgeven. De kunstenaars hebben toen hun eigen apparatuur in de kelder van de Fabriek gezet en zo begon Daglicht."
Inmiddels beschikt Daglicht over materiaal en expertise voor alle grafische technieken: hoogdruk (houtsnede, lino), diepdruk (ets, aquatint), vlakdruk (litho) en doordruk (zeefdrukken).

Cascade
Toen verhuizing onvermijdelijk werd, had Daglicht een financieel èn een ruimteprobleem. Gelukkig trok de voorzitter van de stichting Emmasingel, Gerard Meulensteen, zich het lot van het GAD aan. Op het TU/e-terrein, naast bronsgieterij Beeldenstorm, begon vorig jaar de bouw van het Meulensteen Art Centre waar het GAD zijn ruimtes nu huurt. Echter, voor het daadwerkelijk open ging, moest er veel gebeuren.
Gobits: "We hadden twee maanden om alles operationeel te maken. We moesten alle apparatuur verhuizen, waaronder de enorme lithopers. Die stond al vijftien jaar in de mottenballen (het vet) omdat de kelder in de Baarsstraat veel te klein was. In verband met de verscherpte milieuwetgeving moesten we een nieuwe, grote zuurbak installeren. Gelukkig kregen we hier bij veel hulp van de milieutechnische dienst van de TU/e. We zijn sowieso heel blij dat we hier zitten."
Tevens moest er een aangepaste vloer gelegd worden om te voorkomen dat deze inkt, zuren of vervuild water op kan nemen. Het fijne stof dat bij het slijpen van stenen vrijkomt, wordt gezuiverd met een cascade, die hier speciaal voor gebouwd werd. Het water filtert het stof eruit, dat op de bodem achterblijft. Ook praktische probleempjes moesten geregeld worden, zoals 'waar moeten we de poetslappen laten?' die mogen namelijk niet gewoon in de was, of 'wie vult de voorraad aan?'.

Diapositief
Pieter Alewijns is een van de kunstenaars die vanaf het begin bij Daglicht betrokken is. Hij is gespecialiseerd in het etsen. Daarbij wordt de etsplaat met vernis bedekt, waarna er (in diapositief) een tekening in kan worden gemaakt. Het ingekraste deel wordt bij het drukken zwart, het wit op de plaat blijft wit omdat het vochtige papier bij het drukken alleen de inkt opneemt die in de 'krassen' is aangebracht.
Alewijns: "Etsen is een lastige techniek omdat je eerst een tekening in spiegelschrift moet maken. Het is ook heel spannend, pas als het gedrukt is, zie je het eindresultaat. Vooral bij portretten en landschappen moet je goed opletten. Wij westerlingen zijn gewend zijn om van links naar rechts te kijken. Let maar eens op, bij de grote schilders staat het zwaartepunt in een schilderij (zeg een molen) altijd iets rechts van het midden. Bij een ets moet je dat in het origineel dus links tekenen om te voorkomen dat je bij het eindresultaat het gevoel krijgt dat het landschap 'omvalt'. De spiegels in het atelier staan er dus niet voor de ijdelheid van de kunstenaar maar om te kijken hoe de ets eruit komt te zien."

Bitumencoating
Er worden steeds weer nieuwe technieken ontwikkeld. Bij de aquatint-techniek bewerk je een plaat normaliter met hars en kleine korreltjes asfaltpoeder. Die worden warm gemaakt en in de laag die zo ontstaat, kun je tekenen. Maar bij een grote plaat is de ene kant warm en de andere koud en dat werkt niet. Dus probeerde Alewijns met succes iets anders: een spuitbus met een bitumencoating, die normaliter voor auto's gebruikt wordt.
Ook voor het werken in spiegelschrift werd wat gevonden. Van een tekening op dun doorschijnend papier of op plastic kun je aan de achterkant wèl goed zien hoe die wordt. Voor een bepaalde prent wilde Alewijns de trouwjurk van prinses Diana gebruiken. Daarvoor gebruikte hij eerst een foto, die hij die vervolgens zeefdrukte op een etsplaat, waarna hij verder aan de slag kon met etsen.
Mensen komen naar Daglicht met speciale vragen. Een studente van de Design Academy wilde een tafel zeefdrukken. Dat lukte, zij het na een dag experimenteren met een van de kunstenaar-ondersteuners. Want Daglicht mag dan een nieuw huis hebben, de werkwijze is hetzelfde gebleven. Elke dag is er een kunstenaar aanwezig die gespecialiseerd is in een van de technieken die zijn collega's kan bijstaan.

Cursus grafiek
Alleen, het aantal collega's loopt de laatste jaren terug.
Gobits: "Reden is dat er steeds nieuwe beeldende disciplines bijkomen. Vooral jongere kunstenaars vinden dat interessanter en ze hebben sneller resultaat met video, computer of film. Dan is grafiek een 'langzame' kunstvorm. Daarnaast zie je ook mengvormen ontstaan: ze ontwerpen iets op de computer en later zeefdrukken ze dat beeld."
Daglicht krijgt gelukkig ook nieuwe gebruikers. Studenten op kunstacademies krijgen alleen een basiscursus grafiek. Wie echter verder wil met deze technieken kan bijna nergens anders terecht dan bij het GAD. Er zijn ook plannen met middelbare scholen voor de zogenoemde 'pre-professionelen', leerlingen van het vak Culturele en Kunstzinnige Vorming. Het doel is om hen niet alleen theoretisch te scholen, maar ook actief bezig te zijn bij het GAD.
Gobits: "Verder zijn we bezig met plannen voor een cursus grafiek voor medewerkers van de TU/e. Goede voorbeelden zijn genoeg te vinden in de TU/e-collectie. Daarna kunnen mensen in de werkplaats zien hoe de technieken uitgevoerd worden."/.

[an error occurred while processing this directive]













Website Cursor