/Voorpagina
/Nieuws
/Mensen
/Achtergrond
/Academie
/Onderzoek
/Opinie
/Reportage
/English page
/Cultuur
/Studentenleven
/Ruis
/Harmpje
/Colofon
/Vacatures
/Mensa
/Oude cursors
/pdf formaat
/Faculteits Berichten
/Zoeken
/TUE
/ Cursor nummer 2 nummer 1

jaargang 42, 3 februari 2000


Studentenleven

Untitled Document Studie en sport op hoog niveau is passen en meten

Wie Ralf Bardoel ontmoet, zal direct aan hem kunnen zien welke sport hij beoefent. Met zijn 2.02 meter kan de negentienjarige Technische Bedrijfskunde-student natuurlijk maar ÈÈn sport beoefenen: basketball. Dat doet de eerstejaars op een behoorlijk niveau.


Basketballer Ralf Bardoel: Als ik echt geen zin heb, sla ik een paar colleges of een training over. FotoL Bram Saeys

Bardoel speelt al enkele jaren in de eredivisie tot en met negentien jaar voor de AA drink Sharks in Breda. Af en toe speelt hij ook een potje mee met het eerste herenteam dat speelt in de promotiedivisie, een divisie lager dan de eredivisie. Bardoel is center, een positie die vergelijkbaar is met de positie van spits in het voetbal.

De geboren en getogen Eindhovenaar is er dus feitelijk om de ballen er in te gooien. En dat gaat hem goed af. Met een schotgemiddelde van 27 punten per wedstrijd is hij topscorer van de eredivisie. ìJa, het gaat wel lekker dit seizoen. Maar ja, je bent voor je ballen natuurlijk afhankelijk van het hele team.î

Rick Smits, plaatsgenoot en eveneens center maakt inmiddels furore in de Verenigde Staten bij de Indiana Pacers. Ook iets voor Bardoel? ìIk hoor weleens dat ik de potentie heb om in Nederland op het hoogste niveau te spelen, maar in Amerika spelen? Als het kan, dan is dat natuurlijk fantastisch. Alleen is het risico op blessures bij basketball heel groot, het is erg fysiek. Als je dan zoín half jaar eruit ligt is je hele carriËre weg. Dan kies ik toch voor mijn studie. Al is het maar om het feit dat je in Nederland heel weinig betaald krijgt in het professionele basketball. Na de studie Technische Bedrijfskunde verdien ik heel wat meer. Dan kies ik voor de knaken.î

Combineren

Hoe lukt het hem een studie aan de TUE te combineren met sporten op hoog niveau? ìDat blijft passen en meten. Het is een kwestie van goed plannen. Je moet iedere week goed kijken welke colleges je moet volgen en de rest overslaan. Daarnaast ga je je pas helemaal verrot leren wanneer de tentamens er aan komen.î Bardoel geeft een voorbeeld van zijn drukke schema. ìMaandag had ik bijvoorbeeld ës middags college, tot een uur of vier. Dan neem ik mijn sporttas mee. Na het college ga ik als een speer naar het station om de trein naar Breda te pakken. Daar ga ik eerst een uur fitnessen en vervolgens nog twee uur intensief trainen en daarna terug naar Eindhoven. Dan ben ik ongeveer om half elf thuisî.

ìErg he?î, voegt hij er lachend aan toe.

Stappen

In totaal traint hij zoín drie keer per week. Zaterdags en zondags speelt hij met zijn team de wedstrijden voor de competitie. Toch heeft de Eindhovenaar niet zoveel problemen met zijn drukke leven. ìAf en toe heb je natuurlijk echt geen zin. Dan sla ik gewoon een paar colleges of een training over. Maar meestal heb ik erg veel zin om te gaan trainen. Anders heb ik te veel energie over.î Heeft hij naast zín overvolle schema nog tijd voor ontspanning? ìJa, daar maak ik wel tijd voor. Meestal ga ik donderdag en zaterdag nog even stappen op het Stratumseind.

Je moet natuurlijk wel je prioriteiten stellen.î

Untitled Document De kick van het schoppen

Billy Blanks, wie kent hem niet? Dagelijks word je getrakteerd op zijn reclamefilmpjes waarin hij geen enkele poging doet zijn brede torso te verbergen. Allemaal door tae-bo, roept hij. Blanks is de uitvinder van wat momenteel de populairste vorm van aerobics genoemd kan worden. Zijn tae-bo-videobanden verkopen in de VS nog sneller dan Big Macs. Ook in het sportcentrum van de TUE nemen zo’n 150 studenten deel aan deze nieuwste rage op fitness-gebied.


Studenten schoppen gaten in de lucht onder leiding van Marieke Holtrop. Foto Bram Saeys

Aerobics-instructrice Marieke Holtrop is zichtbaar enthousiast over de sport. Ze maakte een aantal weken geleden via een videoband kennis met tae-bo en traint nu de studenten in het sportcentrum. “Het is de leukste vorm van aerobics die ken. Het is een mengvorm van diverse vechtsporten zoals karate, boksen, taekwondo en aerobics. Het is de bedoeling dat je op muziek allerlei stoten en schoppen uitvoert.” Tae-bo is meer dan slaan en schoppen op muziek, volgens Blanks. “Na twintig minuten is je lichaam moe. Toch moet je door. Dan neemt je geest het over, je spirit, je soul”, roept hij tijdens een van zijn reclamefilmpjes. Holtrop beaamt dat. “De trainingen die ik geef duren anderhalf uur. Na een half uur begin je het al flink te voelen. Dan moet je die grens van lichamelijke vermoeiheid voorbij. Dat gegeven vind ik heel positief.”

Hupsen op muziek

De andere grote kracht van tae-bo is volgens de aerobics-instructrice het feit dat je al je spieren traint. “Na de eerste les heb je last van spieren waarvan je niet wist dat je ze had.”

De studenten Susannne Thijssen en Jasper Simmer zijn een van de eersten die de grote zaal van het sportcentrum betreden. Thijssen: “Ik heb jarenlang aan aerobics gedaan, maar dit is veel leuker. Je gebruikt echt alle spieren van je lichaam. Het gaat ook sneller dan aerobics, je merkt het eerder.” Simmer is meegenomen door zijn vriendin, Susanne. “Ik heb een tijdje aan fitness gedaan, maar dat is niet zo leuk. En het laatste jaar doe ik niet meer zoveel aan sport. Dus ik dacht, waarom niet?” Simmer lijkt een van de weinige jongens te zijn die aan tae-bo doen. Fontys-studente Annika Heutinck heeft daar wel een verklaring voor: “Ik denk dat weinig jongens zin hebben om een beetje te gaan hupsen op muziek.” De zaal loopt langzaam vol met tae-bo’ers. Holtrop begint rustig aan. “Jab-cross, jab-cross”, roept ze door haar headset. Studenten slaan nu driftig gaten in de lucht met hun ellebogen. Wanneer de basisslagen en trappen zijn doorgenomen, gaat de muziek aan. Op het ritme van de muziek worden slagen afgewisseld met hoge en lage trappen. Het lijkt haast op dansen. Holtrop zweept de zaal op: “Come on, come on! Hou die benen hoog!”

Zwaar

Na een half uur intensief slaan en schoppen lopen sommigen wat rood aan. Hier en daar verschijnen zweetdruppels op de gezichten en een aantal deelnemers begeeft zich naar de kant voor een slok water. Annika Heutinck blijft aan de kant zitten. “Ik heb erg last van mijn enkel. Daar heb ik al een tijdje last van. Jammer, want ik vind het heel leuk.” Naarmate de les vordert, krijgen velen het zwaar. Steeds meer studenten slenteren naar de kant voor hun flesje water. Een meisje met een rood hoofd en een verwarde paardenstaart klaagt: “Ik trek het echt niet meer.” Tegen het einde worden er blauwe matjes tevoorschijn gehaald. Tijd voor de strekoefeningen. Een grote groep meisjes heeft zelfs daar de puf niet meer voor. Ze hebben de boodschap van Blanks over het mentale aspect duidelijk nog niet meegekregen en blijven roerloos op de matjes liggen./.

Untitled Document GNSK naar

Eindhoven

De Grote Nederlandse Studenten Kampioenschappen (GNSK) vinden in 2001 plaats op het terrein van de TUE. Dat is zaterdag besloten tijdens de algemene ledenvergadering van de Nederlandse Studenten Sport Stichting (NSSS). De Eindhovense Studenten Sport Federatie (ESSF) heeft twee jaar gewerkt aan het binnenhalen van dit prestigieuze evenement. Behalve Eindhoven wilde ook Groningen en Tilburg het toernooi organiseren. Aan het GNSK nemen zo’n 1200 sporters deel die uitkomen in tien takken van sport. De kampioenschappen vinden plaats van 17 tot en met 19 mei 2001. Vorig jaar vonden de kampioenschappen plaats in Wageningen. Dit jaar zijn ze in Rotterdam.

Nominaties Eureka! non-fictie prijs

De Stichting Wetenschap en Techniek (WeTeN) heeft de nominaties voor de EUREKA! Non-fictie prijs 1999/2000 bekend gemaakt. De volgende vier auteurs zijn genomineerd voor de prijs ‘beste boek op het gebied van kennis en wetenschap’:

-Lage landen hoge sprongen. Nederland in beweging, 1898-1998; Jos van der Lans en Herman Vuijsje

-Het Varken, Anno Fokinga en Marleen Felius

- Wilhelmina. De jonge koningin (deel 1); Cees Fasseur

-Dit leven van krachtig handelen. Hendrikus Colijn 1869-1944 (deel 1: Herman Langeveld

Boymansprijs

Het NKS-Boymanfonds stelt jaarlijks een of meer prijzen ter beschikking voor een dissertatie of een daarmee gelijk te stellen manuscript: de NKS Boymansprijs ter waarde van 2.500 gulden. Scripties komen in aanmerking voor aanmoedigingsprijzen van 1000 gulden. Inzendingen moeten handelen over bijvoorbeeld een aspect van de sport, lichamelijke oefening of recreatie. Inzending, in viervoud, is mogelijk tot 1 april 2000 aan: Secretaris van het NKS Boymanfonds, Bureau NKS Postbus 90124 5200 MA Den Bosch (tel. 073-6138884)














Website