Untitled Document
Student-assistentschap: heel divers werk voor
een goed inkomen
Student-assistenten/Gerard Verhoogt
Foto's/Bram Saeys
Student-assistenten, er lopen er veel op de TU/e rond en
ze verrichten de meest uiteenlopende werkzaamheden. Via de TU/e
zijn er elke maand ongeveer driehonderd studenten aangesteld als
student-assistent, via EuFlex honderddertig. Het aantal student-assistenten
verschilt sterk per faculteit. Werktuigbouwkunde heeft vijftien
student-assistenten (ruim drie fte's) in dienst, Biomedische Technologie
negen (1,69 fte) en Technologie Management gemiddeld tweehonderd.
De faculteit Bouwkunde spant de kroon met ongeveer driehonderd
student-assistenten. Enkele van deze student-assistenten vertellen
over hun werk.
Het exacte
aantal student-assistenten op de TU/e is moeilijk aan te geven,
omdat de duur van een student-assistentschap sterk varieert en
omdat de ene faculteit gebruik maakt van EuFlex en de ander niet
of soms. Door het jaar heen schommelen de aantallen. Eind oktober
waren er circa 225 student-assistenten aangesteld via de TU/e
voor gemiddeld iets minder dan 0,2 fte. De totale personele lasten
voor student-assistenten die via de TU/e zijn aangenomen liggen
rond de 2,5 miljoen gulden per jaar. Via EuFlex waren er in november
honderddertig student-assistenten aangesteld. Het aantal fte's
en de kosten waren hierbij moeilijk aan te geven.
TM heeft jaarlijks vijftien tot twintig fte's aan student-assistenten.
Daarbij gaat circa een miljoen gulden om, wat neerkomt op 60.000
gulden per fte per jaar. Jelmer Sieben, p-adviseur bij de faculteit
TM: "We vinden het belangrijk voor het curriculum van de
studenten dat ze ervaring opdoen met allerlei soorten werkzaamheden.
Het is profijtelijk voor de faculteit, want anders moeten we mensen
inhuren of wordt bepaald werk niet gedaan. Het is ook goed voor
studenten, want ze doen allerlei ervaringen op en het verdient
niet slecht."
Sieben vervolgt: "De invulling verschilt per faculteit, want
in de CAO staat een flexibele regeling. De student moet studeren,
zijn propedeuse gehaald hebben en het moeten werkzaamheden zijn
die ten goede komen aan het wetenschappelijk onderwijs of onderzoek.
Maar een student-assistent mag geen taken overnemen van bijvoorbeeld
een secretaresse of verhuizer."
Kara de Rooy, p-assistente personeelszaken: "Studenten kunnen
ook op andere universiteiten student-assistent worden. Wij hebben
wel eens iemand van de KUB gehad. Verder is het aantal dagdelen
(eenheden) dat ze mogen werken beperkt: tweedejaars mogen hooguit
drie eenheden werken als student-assistent; derdejaars vier en
vierde- en ouderejaars vijf dagdelen."
De werkzaamheden van student-assistenten zijn bij TM heel divers:
mentor van eerstejaars, medewerker van het interne tijdschrift
TM Magazine, begeleider bij werkcolleges, bibliotheekmedewerker
of medewerker van het bureau Stages en Projecten. Ze bouwen, beheren
en onderhouden websites, werken bij de wetenschapswinkel of het
bureau automatisering en PR en ze ondersteunen onderwijs- en onderzoekszaken.
Sieben: "Het totale budget is voor honderdvijftig eenheden
en daar mogen capaciteitsgroepen niet overheen, daar letten we
ook op. Maar dat geldt voor uit de eerste geldstroom gefinancierde
student-assistenten. Een organisatie als TM/cc (TM contract centre)
wordt gefinancierd uit de derde geldstroom en kan voor die projecten
zoveel student-assistenten aannemen als ze willen."
Wat zou er gebeuren als er geen student-assistenten zijn?
Sieben: "Dan wordt het werk niet of op een andere manier
gedaan. Voor TM Magazine moet je vaker medewerkers aansporen,
voor werkcolleges zal vaker een beroep moeten worden gedaan op
collega's. Het zijn meestal geen werkzaamheden waar je iemand
speciaal voor inhuurt. Maar deze vraag speelt bij TM niet echt,
omdat het beleid erop gericht is studenten zo veel mogelijk in
te zetten."
Administratieve rompslomp
Sinds maart heeft TM alle contracten en betalingen overgeheveld
naar EuFlex. Waarom?
De Rooy: "Zoveel studenten voor vaak kortlopende projecten
of activiteiten betekende een heleboel rompslomp, zowel voor de
centrale administratie als voor die van de faculteit. Beiden zijn
toch al onderbezet. Daardoor kwam het regelmatig voor dat studenten
hun geld te laat kregen. Om de werkdruk te verminderen en de betaling
van student-assistenten te vergemakkelijken, is TM een contract
met EuFlex aangegaan."
Corina van der Hurk, medewerkster van P&O van de faculteit
Bouwkunde: "Het verwerken van de gegevens van driehonderd
student-assistenten kostte me ongeveer een week werk per maand.
Daarom gaan we ook in zee met EuFlex."
Volgens Arianne Boekema, Senior Flex Adviseur EuFlex, verandert
er een aantal zaken als studenten via EuFlex worden aangesteld.
Boekema: "Studenten moeten zelf meer achter gegevens aan.
We hebben met TM goede afspraken gemaakt, vooral over de te volgen
procedure. Studenten moeten eerst zorgen voor de benodigde handtekeningen.
Van de capaciteitsgroep (budget), van bureau onderwijs (aantal
studiepunten) en van personeelszaken. Daarna controleren wij nog
het paspoort, de loonbelastingverklaring, ziektekostenverzekering
en de 'Flexwet'. We merken dat de routing nog niet altijd even
goed loopt. Maar naarmate we dit vaker doen, loopt het soepeler."
Toeslag
Het grootste verschil tussen een aanstelling bij EuFlex of de
TU/e betreft de ziektekostenverzekering en de Flexwet. Bij een
aanstelling van drie maanden of meer is EuFlex wettelijk verplicht
om studenten te verzekeren via het ziekenfonds, via de TU/e is
dat particulier.
Boekema: "Sommige studenten zijn daar blij mee, want ze zijn
voor weinig geld verzekerd. Anderen vinden het vervelend, omdat
ze een goede particuliere verzekering hebben, bijvoorbeeld bij
hun ouders."
De TU/e kan student-assistenten zo vaak een aanstelling geven
als ze willen. EuFlex daarentegen is gebonden aan de Wet op de
Flexibiliteit en Zekerheid ('Flexwet'). Wie meer dan drie keer
in drie jaar een contract krijgt bij dezelfde organisatie heeft
recht op een vast contract voor die uren. Ook al is dat drie keer
een contract voor een maand. Daarbij geldt een verlenging ook
als nieuw contract. De enige uitzondering is als er drie maanden
zit tussen de contractverlengingen.
Het loon zou niet moeten verschillen tussen een aanstelling via
EuFlex of bij de TU/e. Omdat studenten geen ADV hebben, krijgen
ze een toeslag op hun basisloon. De inkomsten zijn afhankelijk
van het aantal behaalde studiepunten. Een tweedejaars moet 42
studiepunten hebben en krijgt f19,10 per uur (inclusief toeslag).
Een derdejaars moet 84 studiepunten hebben of een HTS-diploma
en verdient f20,43 (inclusief toeslag). Een vierdejaars moet 126
studiepunten hebben of 42 studiepunten na het behalen van het
HTS-diploma. Het uurloon is f22,30 (inclusief toeslag). Vijfde-
of ouderejaars vallen in dezelfde regeling als vierdejaars.
Guido Schiffelers
Guido Schiffelers is vijfdejaars student Natuurkunde en student-assistent
bij de capaciteitsgroep Fysica van Oppervlakken en Grenslagen
(FOG). Schiffelers zocht een bijbaantje. Toen een vriend van
hem afstudeerde, kwam zijn baan vrij waarna Schiffelers solliciteerde.
Soms werkt hij ook voor Calipso BV. Daar prepareert en monteert
hij materialen voor het onderzoek begint.
Bij zijn werk gaat het vooral om LEIS-expertise (Low Energy Ion
Scattering), een techniek om de oppervlakken van materialen te
bestuderen. Deze tamelijk nieuwe manier van onderzoek heeft Calipso
verder ontwikkeld en loopt er wereldwijd mee voorop. In de twee
dagdelen per week werkt Schiffelers voornamelijk voor de capaciteitsgroep
FOG, waar hij onder meer samplepreparaties uitvoert, databases
bijhoudt, literatuuronderzoek doet.
"Het mooie is dat het heel gevarieerd werk is, omdat je
op veel gebieden ervaring opdoet, want ik doe het niet alleen
voor het geld. Je merkt of je het vakgebied leuk vindt en je
krijgt een idee waar mensen zich mee bezighouden, ook met het
oog op je afstuderen. Medewerkers vragen nu ook wat ik van dingen
vind en spreken ideeën met me door. Je bent niet meer dat
stomme student-assistentje."
Eelco Manderveld
Eelco Manderveld is een zesdejaars student, die besloten heeft
om een half nominaal tempo aan te houden. Hij werkt bij de TeMa-bibliotheek
en het talenpracticum, op maandag- en woensdagavond, van 17.00
tot 21.00 uur. Manderveld begon in 1997 toen het hoofd van de
bibliotheek acuut een vervanger zocht voor een student-assistent
die zijn pols had gebroken. "Die jongen is nooit teruggekomen
en inmiddels hoor ik zo'n beetje bij het inventaris. Het Centrum
voor Taal en Techniek (Talenpracticum) kwam pas later en daar
krijg ik wel eens extra opdrachten voor, zoals het regelen van
technische zaken of het houden van spreekuren. TM betaalt een
deel van de kosten voor het openhouden van de bibliotheek voor
avondstudenten. Het CTT betaalt, via studentenuitzendbureau BWS,
een deel van de kosten voor het openhouden van het talenpracticum.
Dat leidt nog wel eens tot vergissingen bij de administratie en
bij de uitbetaling. Van TM krijg ik circa f500 bruto, van het
CTT ongeveer f125. Via BWS zit ik in het ziekenfonds.
Manderveld is ermee begonnen omdat het hem leuk werk leek. "Het
geld had ik toen niet echt geld nodig. Nu kan ik het goed gebruiken,
zeker nu ik geen studiefinanciering meer krijg. Het is een leuk
baantje, relaxt, daarna komt voor mij het geld. Je werkt veelal
alleen en je belangrijkste taak is aanwezig zijn. Je helpt avondstudenten
met zoeken en andere zaken en je zet ingeleverde boeken terug.
Maar ik wil geen bibliothecaris worden, daarvoor vind ik mijn
andere bijbaan te leuk. Ik ben namelijk ook masseur in een sauna
en aan huis en ik geef ook massagecursussen."
Frank van Heesch
Frank van Heesch, vierdejaarsstudent Elektrotechniek, werkt bij
de Elektrowinkel als bestuurslid en pr-medewerker. Hij geeft
opdrachtgevers van buiten de TU/e informatie over de E-winkel
en wat mensen kunnen verwachten. Van Heesch: "Met interne
pr laten we studenten weten wat we doen. Er staat vier uur in
de week voor, maar meestal worden het er tien. Het is wel leuk,
want de Elektrowinkel is voor en door studenten. Het maken van
posters en illustraties was al een hobby van mij en dan is pr
een goede manier om ervaring hiermee op te doen. Daarnaast is
het altijd leuk als je meewerkt aan de publieksdagen voor de
E-winkel of de vakgroep."
Frank is ook student-assistent bij Studium Generale, waarvoor
hij de tentoonstelling 'Art in Output' mee op- en afbouwt en
surveilleert.
"Ik ben student-assistent geworden, omdat het goed verdient,
gemiddeld zo'n driehonderd gulden per maand. Ik krijg maar een
minimale beurs. Verder leer je er veel van. En het is op de TU/e,
dus hoef je niet ergens speciaal naar toe. Je werkt vaak met
mensen die je kent. Als korte projecten niet bevallen, is het
snel voorbij. En omdat ik regelmatig dergelijke projecten doe,
is het lekker afwisselend", vertelt de student.
"Bij de Elektrowinkel krijg je ook een kadertraining en
je hebt het gevoel dat je verantwoordelijk werk doet. Bij een
practicum kun je nog wel eens slordig zijn, hier kan dat niet.
Verder kan ik bij de Elektrowinkel echt spelen met elektronica,
daar is in de studie weinig tijd voor. Het contact met medewerkers
van de andere winkels, waar vaak dezelfde soort problemen spelen,
is ook plezierig. Ze vragen onze hulp als ze elektronica bij
een project nodig hebben. Een andere keer benader ik de Werktuigbouwkundewinkel
om bijvoorbeeld hulpmiddelen te maken voor gehandicapten."
Marjolijn Guldemond
Marjolijn Guldemond, vierdejaars studente Bouwkunde, helpt bij
de colleges handtekenen van eerstejaars Bouwkunde. Dat doet ze
samen met twee docenten en vier andere student-assistenten. Toen
ze hoorde dat een student-assistent met het baantje ophield, benaderde
ze de begeleiders om het over te nemen. Guldemond: "Je moet
goed kunnen tekenen en ze kenden mijn stijl. We hebben de taken
verdeeld en het programma aangepast. Dat was nodig vanwege de
grote instroom van studenten. Ik leg opdrachten uit, geef voorbeelden
en adviseer studenten hoe ze een tekening kunnen opzetten of leer
arceertechnieken. Alles bij elkaar is het een heel volwaardige
rol."
Marjolijn begon met het student-assistenschap omdat ze tekenen
heel leuk vindt en er meer van wilde weten. "Door andermans
tekeningen te bestuderen, kijk je er veel analytischer tegenaan.
Bij tekenen kun je, anders dan bij fotografie, dingen weglaten
en je concentreren op wat je wil laten zien. Velen studenten denken
'het lukt me nooit', maar tekenen kun je ook leren. De opdrachten
zijn zodanig dat je een mooie tekening kunt maken."
"Bovendien zocht ik nog een bijbaantje. Ik werk al bij een
eetcafé. Niet dat ik zo weinig beurs krijg, maar je kan
altijd wel wat meer gebruiken. Het is leuk om met studenten bezig
te zijn. En later heb je er iets aan. Het is belangrijk dat je
snel een beeld kunt vormen en dat scherp je hiermee aan. Bij architectuur
hangt veel af van de presentatie van je concept. Dat kan met handtekenen
of met de computer. Nu combineer ik dat. Ik scan de tekeningen
of schetsen en bewerk ze met Photoshop."
Thomas Vergouwen
Thomas Vergouwen is vierdejaars Elektrotechniek. Hij werkt voor
Signal Processing Systems (SPS), een onderdeel van de capaciteitsgroep
Meet en Besturingssystemen. "Iemand van de leerstoel
vroeg me om hun website te maken, aan te passen aan de huisstijl
en te onderhouden. Verder zorg ik ervoor dat de database voor
vacante stages en afstudeerprojecten toegankelijk wordt via de
website. Projecten die afgerond zijn, zet ik er ook bij. Daarnaast
stimuleer ik medewerkers om hun homepage te vullen, want dat
schijnt een grote drempel te zijn. Anders doe ik het."
Thomas werd gevraagd om student-assistent te worden. "Het
leek me wel leuk en ik had er tijd voor. Het beviel goed, dus
heb ik ja gezegd tegen een verlenging van het student-assistentschap.
Nu werk ik wat minder. Voor de zomervakantie werkte ik twee dagen
per week, nu nog één. Het is niet zo dat ik er
voor mijn studie echt veel aan heb. Hoeveel ik precies verdien,
weet ik niet, het is afhankelijk van het aantal studiepunten
en het jaar waar je in zit. De verdiensten lopen een beetje door
elkaar met de inkomsten uit mijn eigen bedrijfje dat websites
maakt."
Robert Schijvenaar
Robert Schijvenaar, vijfdejaars student Werktuigbouwkunde, werkt
bij de ICT Servicedesk van Werktuigbouwkunde, "Ik werk er
nu een jaar, acht uur in de week. Ze hadden mensen nodig en ik
zocht een bijbaantje, omdat ik te weinig studiebeurs krijg en
(te) veel uitgaven heb. Zo kan ik het collegegeld en andere uitgaven
voor de studie bekostigen."
Schijvenaars had een speciale casus gedaan bij PGO (het eindige
elementen pakket) en knutselen met computers was al lang zijn
hobby. Op basis daarvan werkt hij bij de service desk. "Het
meeste werk bestaat uit het repareren van vastgelopen notebooks
of laptops die studenten hebben verprutst. Ze hebben bijvoorbeeld
de geluidsdrivers eraf gegooid en komen dan klagen dat ze geen
MP3's meer kunnen luisteren."
Daarnaast maakte Schijvenaars op de site van Werktuigbouwkunde
een onderdeel voor notebooks, compleet met een handleiding voor
Outlook. Schijvenaars: "Daar kunnen studenten alles nalezen
voor ze bij ons komen en daar verwijzen we eerst naar als Outlook
er voor de tigste keer uitvliegt of als ze van huis willen inbellen
met hun kabelmodem."
"Nut voor mijn verdere studie heeft het niet echt, maar je
pikt er altijd wel wat op dat je kunt gebruiken. En het is gezellig",
vindt Robert. "We werken met twee studenten en een beheerder.
Het werk beïnvloedt de keuze van mijn afstudeerrichting,
precision engineering, niet. Het betaalt goed, zeker in vergelijking
met de meeste andere bijbaantjes. En zaken als ziektekostenverzekering
en vakantiegeld zijn leuk meegenomen."/.