/Voorpagina
/Mensen
/Nieuws
/Opinie
/Cultuur
/Studentenleven
/Achtergrond
/English page
/Onderzoek
/Reportage
/Bestuur
/Ruis
/Ranzigt
/Colofon
/Faculteits Berichten
/Vacatures
/Mensa
/Oude cursors
/pdf formaat
/TUE
/Zoeken:
/ Cursor nummer 1 nummer 3

jaargang 43, 30 november 2000


Bestuur

Untitled Document

Rector Martin Rem over ontbreken TU/e onderzoekers bij NWO programma
"Nieuwe kansen in tweede ronde"
Drieënveertig jonge onderzoekers aan Nederlandse universiteiten hebben onlangs ieder 1,5 miljoen gulden gekregen van de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO). Met dit geld, dat verspreid over vijf jaar wordt betaald, kunnen ze een eigen onderzoekslijn voor een 'dwars' idee opzetten. In totaal kwamen er 154 aanvragen binnen bij NWO vanuit de universiteiten. De TU/e diende negen aanvragen in, maar geen enkele werd gehonoreerd. Rector magnificus prof.dr. Martin Rem legt uit waarom.

Rem zet de zaken meteen recht: "Deze zogenoemde vernieuwingsimpuls van NWO is ingesteld om jonge, veelbelovende onderzoekers te kunnen laten doorstromen binnen de universiteiten. Binnen veel universiteiten bestaan doorstroomproblemen voor jonge wetenschappers. Dat probleem heeft de TU/e niet, wij hebben eerder te weinig goede mensen om aan te stellen. De vernieuwingsimpuls van NWO is dan ook vooral voor alfa- en gamma-universiteiten bedoeld. En dat merk je ook aan de toekenningen. Geen enkele technische universiteit heeft heel goed gescoord. Delft en Twente kregen twee toekenningen, wij nul." Toeval, volgens Rem, maar ook de macht van het getal, want Delft is twee keer zo groot als de TU/e, betoogt hij. "Ik heb de indruk dat veel voordrachten door onze onderzoekers net tegen de grens aanzaten om geld te krijgen. Als er een paar dingen anders hadden gestaan, waren die ook gehonoreerd."

Afgelopen zomer verscheen het rapport 'Talent voor de toekomst. Toekomst voor talent' over wetenschapspersoneelsbeleid van Wieteke van Vucht Tijssen. Hierin schetst zij de personeelsopbouw van universiteiten als een kameel met twee bulten: een piek onder de dertig jaar en een boven de vijftig jaar. Dit leidt in de toekomst tot grote problemen, aldus Van Vucht Tijssen. Bij ongewijzigd beleid is er in 2003 landelijk een tekort aan 1300 fulltime arbeidskrachten aan de universiteiten en dat loopt op tot bijna 3000 in 2008. De ouderen gaan met pensioen en de jongeren 'hollen weg' volgens Van Vucht Tijssen, omdat het universitaire werkklimaat voor hen niet interessant meer is. Mede daarom werd de vernieuwingsimpuls van NWO opgezet, om jonge onderzoekers een kans te geven binnen universiteiten.

Teleurgesteld
Eigenlijk wilde de TU/e vijftien aanvragen indienen, maar vanwege de grote belangstelling werd gevraagd er in de eerste ronde negen in te dienen en in de tweede ronde, die in november is begonnen, nog eens zes. Rem denkt dat de TU/e in de tweede ronde goede kansen heeft. "Natuurlijk is het jammer dat wij geen toekenningen hebben gekregen in de eerste ronde. Ik was teleurgesteld, omdat je veel tijd steekt in het maken van de voorstellen en het houden van voordrachten en dan lukt het niet." De inzendingen van deze universiteit kwamen van de faculteiten Techniek en Maatschappij, Technische Natuurkunde, Wiskunde en Informatica, Elektrotechniek en Biomedische Technologie.

Tweede ronde
De TU/e mag elf aanvragen voor 'dwarse ideeën' indienen in de tweede ronde, er zijn er al zes. "Dan blijven er nog vijf plaatsen over. Wellicht dat we de vijf besten uit de eerste ronde nog een keer inschrijven." Rem vindt niet dat deze vijf bij voorbaat al geen kans hebben, omdat ze eerder al zijn afgewezen. "Het onderzoeksplan wordt door referenten bekeken en die geven commentaar. Daarnaast krijgen de onderzoekers een interview met een commissie van NWO. Dat is een heel belangrijk onderdeel, dat elke keer anders kan uitpakken, afhankelijk van hoe je jezelf presenteert. In de brochure staat dat je een aanvraag opnieuw kunt indienen, met eventuele aanpassingen."
Rem nuanceert de kansen voor de tweede ronde: "Je weet van tevoren dat de meerderheid van de toekenningen naar alfa- en gamma-onderzoekers gaat. Bovendien zegt het ook wel iets dat je zoveel toptalent in huis hebt dat in de wachtkamer zit. Dat hebben wij niet."/.

Untitled Document

Notebook heeft z'n plaats gevonden
Studenten van de Technische Universiteit Eindhoven zijn a-communicatieve computerfreaks die persoonlijk, intermenselijk contact hebben vervangen door Doom, e-mail, ICQ en internet. Het tegenovergestelde blijkt echter waar. De gemiddelde student gebruikt zijn laptop drie uur per dag, anderhalf uur voor onderwijs en anderhalf uur voor privédoeleinden. Volgens dr. Karin Ali, hoofd STU, heeft de laptop zijn plaats gevonden in het sociale en educatieve verkeer op de TU/e.

Om inzicht te krijgen in de mate waarin en de wijze waarop studenten met hun notebook omgaan, hield het Studenten Service Centrum (STU) van de TU/e in mei van dit jaar een breed onderzoek naar tal van aspecten van het notebookgebruik onder de eerste drie generaties notebookstudenten. Het onderzoek werd uitgevoerd door drs. Lonneke Keeris die na een opleiding aan de Pabo en een studie Taal en Cultuurwetenschappen in Tilburg als medewerkster verbonden is aan het STU.
"Er bestond veel belangstelling voor een dergelijk onderzoek", zegt Karen Ali, hoofd van het Studenten Service Centrum. "Mensen hadden alleen bepaalde beelden bij de manier waarop studenten hun machine gebruiken. Het overheersende beeld was dat van de student die de hele dag achter zijn notebook in het Auditorium zit. Echt onderzoek was daar echter nooit naar gedaan."
De schriftelijke enquête is in mei gehouden. In totaal bereikte Keeris met haar onderzoek 1491 studenten. Twintig procent van de ondervraagden was vrouw. Iets meer dan de helft was eerstejaars.

Opmerkelijk
De resultaten van het onderzoek mogen opmerkelijk genoemd worden. Uit de enquête bleek bijvoorbeeld dat het bezit van een notebook amper leidt tot sociaal isolement. Minder dan een kwart van de studenten gebruikt de laptop om spelletjes te spelen. En gemiddeld brengt een student zo'n drie uur per dag door achter zijn beeldscherm. "Dat is iets wat ik niet verwacht had", zegt Ali. "Ik zit dagelijks nog langer achter mijn scherm dan de studenten."
Uit de enquête blijkt onder meer dat het notebook binnen het onderwijs hoog scoort bij het maken van individuele opdrachten en groepsopdrachten. Ook wordt de laptop veel ingezet voor communicatie en internet. "Voor practica gebruiken studenten hem minder. Dat wisselt per opleiding. Bij de faculteiten Technische Natuurkunde, Elektrotechniek en Technische Scheikunde wordt hij juist heel veel gebruikt bij practica", aldus onderzoekster Keeris. Hoorcolleges scoren laag. Twee procent van de ondervraagde studenten zegt het apparaat wel eens bij een hoorcollege te gebruiken.

Thuis en in de pauze willen de studenten hun notebooks ook nog wel eens gebruiken, zij het minder vaak dan verwacht. Het merendeel van de studenten gebruikt de machine primair voor communicatie en internet. Het meest wordt gemaild met vrienden en medestudenten, iets minder met docenten. "Als het om contact gaat met docenten", zegt Keeris, "hebben studenten toch liever persoonlijk contact. Eenvoudige vragen kunnen wel per email, wanneer het complexer wordt gaan ze liever even langs bij een docent."
De helft van de jongens en 38 procent van de meisjes luistert ook naar muziek via de computer. Spelletjes spelen, dat doet 21 procent van de respondenten.

Zinvol
Een belangrijk punt in de enquête is de vraag of studenten vinden dat hun notebook zinvol is. Dat blijkt wel degelijk zo te zijn. Sterker nog, dat blijkt alleen maar toe te nemen. "Hoe meer een student zijn notebook gebruikt, hoe zinvoller hij het gebruik van een notebook vindt", zegt Keeris. Over het algemeen vinden studenten de computers het nuttigst bij individuele opdrachten. De meeste mensen zouden geen seconde twijfelen om opnieuw een machine aan te schaffen. Acht procent van de ondervraagde eerstejaars, inmiddels tweedejaars, zou de computer niet nog een keer aanschaffen. Bij de derdejaars is dat 17 procent.

Mag je nu stellen dat de studenten het notebookproject geslaagd vinden? Karen Ali vindt van wel. "Studenten komen niet in een sociaal isolement door de notebooks. Het is maar een klein groepje studenten dat er voor zorgt dat dit beeld bestaat. Ik kan alleen maar zeggen dat het er op lijkt dat het notebook de afgelopen jaren z'n plaatsje gevonden heeft", zegt Ali. "Zowel in het sociale als educatieve verkeer."/.

[an error occurred while processing this directive]













Website Cursor