/Voorpagina
/Mensen
/Nieuws
/Opinie
/Cultuur
/Studentenleven
/Achtergrond
/English page
/Onderzoek
/Reportage
/Bestuur
/Ruis
/Ranzigt
/Colofon
/Faculteits Berichten
/Vacatures
/Mensa
/Oude cursors
/pdf formaat
/TUE
/Zoeken:
/ Cursor nummer 0 nummer 3

Jaargang 44, 20 september 2001


Opinie

Untitled Document

En ik vind...

Je komt ze wel eens tegen, in de stad, als de lokale middenstand weer een 'evenement' georganiseerd heeft: een groepje minstens middelbare heren, in een soort butlerachtige outfit gehuld, die een verzameling muziekinstrumenten met zich mee torst. Al marcherend doen ze hevig hun best daar klanken aan te ontlokken. De groep wordt veelal voorafgegaan door een flink gebronsde dame die een opengeslagen golf-paraplu omhooghoudt waarmee zij niet nader te omschrijven bewegingen maakt. Dit is Dixieland, zo weten de kenners. Jazz, dus. En inderdaad, als je goed luistert, hoor je hoe de heren vreselijk hun best doen de al vele decennia geleden op de plaat vastgelegde soli van Johnny Dodds en Kid Ory te imiteren. Het resultaat is zelden
geslaagd, en zo hoort het ook bij imitaties. Erg is dit niet, want de ambiance waarin de muziek ten gehore wordt gebracht, stelt weinig eisen. Het volk swingt toch wel mee.
Toen vorig jaar september ons academisch jaar werd geopend, bleek de muzikale omlijsting voor het eerst niet in handen van een ensemble dat zich op het spelen van klassiek had toegelegd. In plaats daarvan had men besloten een exemplaar van de hierboven beschreven categorie uit te nodigen.
De heren mochten blijven zitten, dat wel. En de dame ontbrak. Het schetterde dat het een aard had.
Sommige toehoorders verbaasden zich over de keuze van het ensemble. Kennelijk vond men dit soort muziek ongeschikt voor de gelegenheid. Ik deel die mening. Het verhaal ging dat de gespeelde muziek tot de favorieten hoorde van de voorzitter van de Raad van Toezicht van onze Universiteit, de heer Cor Boonstra. Dat kan goed zo zijn, maar waarom dan dit jaar hetzelfde orkest uitgenodigd? Boonstra is toch geen voorzitter meer? We zullen toch niet tot in lengte van jaren met dit soort oubollige danslesmuziek uit de jaren vijftig opgescheept blijven?
Voor de goede orde: op zichzelf is er niets tegen eens af te wijken van het eeuwige niets-aan-de-hand barok-repertoire waar we traditioneel op werden vergast. En tegen jazz als zodanig valt evenmin iets in te brengen. Op het gebied van de moderne geimproviseerde muziek gebeurt er bijvoorbeeld heel wat in Nederland . En met name geldt dit voor Noord-Brabant. Een gemiste kans, derhalve. In dit soort zaken hoort juist een universiteit daden te stellen in plaats van de muzikale sjablonen van een paar generaties terug te herkauwen.

Bob van Winkel

Zoals ieder jaar togen wij aan het begin van dit collegejaar, met in het achterhoofd de gedachte 'een gezonde geest in een gezond lichaam' naar het sportcentrum om een nieuwe sportkaart te laten maken. Deze routine gaat standaard gepaard met de gedachte: 'Hoe erg zal de foto dít jaar weer zijn?'. Voor de niet-ingewijden onder ons: met behulp van een polaroidapparaat wordt ter plekke een foto gemaakt die in de meeste gevallen, op zijn zachtst gezegd, niet erg flatteus is, maar die je wel het hele jaar tot spot-object van de medewerkers achter de balie maakt. Het eerste wat men dus doet bij het ontvangen van de sportkaart is het bekijken van de schade.
Dit jaar werd onze aandacht echter getrokken door de achterzijde van de kaart. Deze kant, gereserveerd voor de stickers die toegang geven tot de fitness/cardiofitnessruimte, was voorzien van een logo van ZORGverzekeringsmaatschap-pij VGZ. Het pogen te verbergen van deze reclame-uiting met de fitness-stickers lukt niet aangezien deze doorschijnen en dus de commerciele afbeelding gewoon zichtbaar blijft.
Wij hebben zelf weinig met de bewuste verzekeringsmaatschappij, we hebben er ook geen verzekering en waren ook niet van plan deze te nemen. Dat wordt echter wel van harte aangeraden aan de gebruikers van het sportcentrum, want naast het arsenaal aan folders van VGZ die rond de pasjesmaaktafel te vinden zijn, is er zelfs een aanbieding: studenten die een polis afsluiten bij deze maatschappij krijgen fl. 25,- terug van de aanschafprijs van de sportkaart. Een extra stimulans om je goed te verzekeren; blijkbaar worden vele blessures (waarschijnlijk als gevolg van een tekort aan begeleiding bij het sporten) en dus ziektekosten verwacht het komende jaar. Fantastisch dat de universiteit zoveel hart heeft voor haar studenten.
In de eerste instantie waren we verbaasd bij het zien van deze promotie. Een advertentie waarin je passief wordt benaderd om een product aan te schaffen is geen probleem. Deze zijn dan ook in verschillende verschijningsvormen te bewonderen in onze academische gemeenschap. Een opgedrongen logo op een pasje gaat al ver, laat staan een korting voor mensen die bij een non-profitorganisatie als de TU/e een sportkaart kopen, waarmee de TU/e zich dus uitspreekt vóór de betreffende maatschappij.
Maar later begrepen we dat dit een superidee is; dit concept kan veel verder worden uitgemolken! Laten we vanaf volgend jaar ook de achterzijde van de collegekaart gaan voorzien van logo's (die kant leest toch niemand). En wanneer een student dan een rekening opent bij de Rabobank, een mobieltje heeft van Dutchtone, boodschappen doet bij de Konmar, een inboedelverzekering neemt bij Interpolis, een vaste klantenkaart van de Bijenkorf aanschaft en een abonnement op de Telegraaf, krijgt deze korting op het collegegeld. Het gevolg: het collegegeld kan omlaag en studeren wordt stukken goedkoper; sterker nog: als het slim aangepakt wordt, krijgen studenten geld tóe wanneer ze komen studeren aan de TU/e! Een betere studievoorlichting is niet mogelijk: de instroom zal flink toenemen (en wellicht kan op deze manier de instelling uit de huidige financië le misère gered worden).

Marieke Schopmeijer
Rob Schram

Untitled Document

Stofzuiger

Renovatie-blues

Verdwaald, verdoofd, gedesoriënteerd
loop ik te zoeken in dit labyrinth
zonder herkenningspunt, want ik bevind
me in een van de gebouwen die gerenoveerd

en sterk veranderd zijn. Als een klein kind
strompel ik voorwaarts. Alles gaat verkeerd.
Ook de bewoners hebben niet geleerd
wegwijs te worden. Dus geen enkele hint

kan me in deze doolhof begeleiden.
De draad van Ariadne knapt spontaan.
Nooit zal ik dus het daglicht meer aanschouwen.

De Minotauros brult: "Ik kom eraan,
en ik verlos je spoedig uit je lijden!".
Dat komt door het verhuizen en verbouwen.

Untitled Document

Ach en Wee














Website Cursor