Untitled Document
Belrondje
Satisfactiepeiling
Wat vinden medewerkers van de TU/e van de universiteit
en wat zou er volgens hen moeten veranderen? Om daar achter te
komen, houdt het College van Bestuur tweejaarlijks een tevredenheidsonderzoek
onder het personeel. Vierenveertig procent van de medewerkers
liet deze satisfactiepeiling, zoals het onderzoek
officieel heet, links liggen. Een kwestie van luiheid, stil verzet
of gebrek aan betrokkenheid?
Drs. Peggy de Boode
Accountmanager Communicatie Service Centrum
Het invullen van de peiling is een goede manier om te laten horen
wat je mening is over wat er op de TU/e speelt. Of het niet invullen
een teken is van weinig betrokkenheid, zoals het nu een beetje
naar voren wordt gebracht, betwijfel ik. Ik denk niet dat je zomaar
kunt zeggen: 'die afdeling heeft 'm slecht ingevuld, dus die afdeling
is niet betrokken'. Misschien zijn die mensen juist wél
heel erg betrokken, maar was de satisfactiepeiling voor sommigen
op dat moment niet het juiste instrument. Mogelijk was de respons
groter geweest bij een meer op de afdeling gericht onderzoek door
bijvoorbeeld het hoofd van de dienst, de directeur of de decaan.
Dat is toch wat persoonlijker.
Dr. Lucas Asselbergs
Studentenadviseur Studenten Service Centrum
De oorzaak van de lage respons (laksheid misschien, of passief
verzet) is moeilijk te achterhalen. Daar kun je dan wel weer een
nieuwe vragenlijst aan wijden, maar dat lijkt me niet handig.
In deze peiling zaten veel vragen in de trant van 'Bent u trots
op de TU/e?'. Misschien dat sommigen met dat soort vragen niet
uit de voeten konden. Dat neemt niet weg dat ik, los van de vraagstelling
in het onderzoek, vind dat je er als medewerker altijd aan mee
zou moeten doen.
Ik ben overigens benieuwd of het recente nieuws over de salarissen
van de bestuurders nog effect had gehad, als dat vóór
de peiling bekend was geweest.
Dr.ir. Ronald Waterham
Hoofd ICTS
Op de eerste pagina van de satis-factiepeiling konden medewerkers
zelf aankruisen waar ze werken. Dat was een missertje. Ongeveer
de helft van onze mensen werkt decentraal, bij faculteiten of
andere diensten. Ik kan me voorstellen dat daardoor verwarring
is ontstaan; dat ze de faculteit of dienst waar ze werken hebben
ingevuld, terwijl ze bij ICTS in loondienst zijn. Die cijfers
over de lage respons bij ICTS zeggen volgens mij dus niks.
Ik denk niet dat het een kwestie van te weinig betrokkenheid is.
Andere invloeden zijn minstens zo belangrijk. Het zou me niet
verbazen als bij sommige mensen de spanning en onzekerheid van
AVA een rol hebben gespeeld. Iedereen heeft de neiging om nu eens
uit te blazen. Misschien dat veel mensen daardoor hebben gedacht:
'het is goed met jullie peiling, laat voorlopig maar even zitten'.
Drs. Willem te Beest
Lid College van Bestuur
De respons is dit jaar weliswaar iets lager dan de vorige keer,
maar het verschil vind ik niet schokkend. Bovendien kunnen we,
vergeleken met andere peilingen in Nederland, nog altijd spreken
van een behoorlijke respons.
Ik zou het onverstandig en voorbarig vinden om te concluderen
dat de mensen die de peiling niet invullen niet bij de universiteit
betrokken zouden zijn. Ik wacht liever eerst de uitslagen van
de peiling af. Speculeren over de mensen die níet meedoen,
is altijd onhandig; ik richt me liever op de mensen die de peiling
wél hebben ingevuld.
|
Untitled Document
Stofzuiger
Erwtensoep garni
Een mens verlangt soms naar de middagstonde
wanneer hij in een aangename sfeer
kan kiezen uit een heleboel gezonde gerechten,
want wat wil een mens nog meer.
In de kantine moet men daarvoor wezen,
ter onderbreking van de wetenschap.
Een goed gesprek, of rustig even lezen,
een kopje koffie of een warme hap.
En dus, om te bekomen van de taken,
gaan we daarheen, zo zijn we dat gewend.
Er is weer erwtensoep, dat zal wel smaken.
De verkoopprijs is vijfentachtig cent.
Maar hedenmiddag heeft men een cadeautje.
Het overtreft de stoutste fantasie.
De soep wordt geserveerd met extra broodje
en dit geheel heet 'erwtensoep garni'.
Het heerlijke gerecht is scherp gepeperd.
Hiermede is geen woord teveel gezegd.
Want bij de kassa krijgt men wél een zeperd.
Vijf guldens telt men neer voor dit gerecht.
Vandaar dat wij die erwtensoep negeren,
want vrijwel niemand die zo'n soep nog pakt.
Eén dag respijt beloont dit speculeren:
De soep blijkt tot haar oude prijs gezakt.
|